Website: www.heemkunde-lattrop-breklenkamp.nl
Deze nieuwsbrief wordt u aangeboden door de redactie van de Website……………….
Op deze site vindt u o.a. de rubriek ‘Nieuws/mededelingen’ waarin actuele wijzigingen of aanvullingen worden vermeld. Met deze nieuwsbrief willen wij u op de hoogte brengen van nieuwe artikelen en, waar nodig, om uw medewerking vragen.
Hebt u geen interesse in deze mail dan kunt u zich hiervoor afmelden. Een bericht naar de redactie is voldoende: b.busscher@kpnplanet.nl of met het Contactformulier op de website.
Nieuws/mededelingen:
Geplaatst op de website:
# In de rubriek Nieuwsbrieven: Nieuwsbrief 2022-2 (90)
# In de rubriek Documenten: Verkoop Pilhuis Lattrop 1878
# In de rubriek Familiegeschiedenis: Haaz’n Hanna Lattrop-Beuningen
# In de rubriek Erven: Bewoners Zegelvoort Lattrop
Mijn opa heeft deze brief op 92-jarige leeftijd in nog vrij goede gezondheid ontvangen. Op 21 januari 1947 is hij gestorven. Toen ik in 1952 op de Mulo Engels leerde schreef ik wel eens korte brieven voor mijn vader naar Fort Wayne. Mijn briefwisseling met Joseph, John en Frank ging meestal over het weer, werk, ziekte, gezondheid etc. Helaas was toen mijn interesse in mijn voorouders en familiegeschiedenis niet zo groot. In 1963 stierf in Fort Wayne de laatste neef van mijn vader, John Nijland. Hierna was alle contact verbroken. Maar zodra je je stamboom wilt laten groeien wordt de nieuwsgierigheid naar je familie groter. Zou er nog een Nijland in Amerika wonen?
Ik schreef naar het oude adres, maar de brief kwam ongeopend retour. Hierna schreef ik een brief naar het gemeentehuis in Fort Wayne. Het was daar bekend dat op het oude adres Nijlands hadden gewoond; ze konden me echter niet verder helpen. Wel kreeg ik het adres van de beheerder van de katholieke begraafplaats. Misschien wist men daar namen van nabestaanden. Inderdaad werd er door de kerkhofbeheerder gereageerd. Als belangrijkste punten vermeldde hij:
a. De namen van de ouders van John Nijland; n.l. Henry Nijland en Johanna Pikmoth. (haar naam was ons tot dan toe onbekend).
b. Naam en adres van de contactpersoon die de begrafenis had geregeld.
c. Naam en adres van het genealogisch archief n.l. Allen County, Public Library, Genealogy Department 900 Websten Street, Fort Wayne, lndiana 46802 U.S.A.
Fort Wayne heeft een van de kompleetste genealogische archieven van de Verenigde Staten. De contactpersoon Charles Strebig, bleek intussen te zijn overleden, maar mijn brief werd doorgestuurd naar zijn dochter Patty Betz. Zij schreef dat er geen Íamilielid met de naam Nijland meer in Amerika woont. De Hendricus Nijland was haar overgrootvader. Hij stierf in 1931.Geen van zijn zonen was getrouwd. Dochter Anna was getrouwd met lsaac Strebig. Hun zoon Charles had de begrafenis van de laatste Nijland in Amerika geregeld. Patty Betz wil me, waar mogelijk, helpen met het verdere familieonderzoek daar. Maar sinds juni '95 kwam ik door toeval weer een stuk verder. De familie Broekhuis uit Saasveld kreeg bezoek van een familie Heiny uit Fort Wayne. Deze Heiny is een afstammeling van de door Bert Wolbert beschreven Kluppels. Heiny was op zoek naar zijn familie (o.a. de fam. Broekhuis) en naar familiegegevens. Ik kwam met Nicolas Heiny in contact en hij wilde voor mij familiegegevens uitzoeken in Fort Wayne.
Half juli ontving ik de volgende gegevens van hem:
Het stoomschip ‘Maas’ komt met de familie Kluppel, Hendricus Nijland en Johanna Pitman op 12 augustus1873 aan in New York. Nijland en Pikmat reisden volgens de gegevens als alleenstaanden. De trouwakte van Nijland- Pikmat heeft Heiny niet kunnen vinden. Het echtpaar Nijland-Pikmat had zes kinderen:
Anna Francis trouwde met lsaac Joseph Strebig. Ze kregen vijf kinderen. Toen het jongste kind in 1914 een halfjaar oud was stierf Anna Francis. Haar zuster Anna Maria nam hierna de zorg voor het gezin op zich. Aangezien er van de mannen niet één gehuwd was wonen er dus geen afstammelingen van Hendricus met de naam Nijland meer in Amerika.
De naam Pikmaat wordt steeds anders geschreven. De geboorteplaats van Johanna Pikmaat, vrouw van Hendricus Nijland. is waarschijnlijk Denekamp (red.: Meenderink in Groot Agelo). In de brief uit Amerika vraagt John Nijland naar de familie Dolders. In Denekamp trouwt de zus van Johanna Pikmaat, Maria op 1-9-1880 met Johannes Dolders uit Groot Agelo. Maria en Johanna komen uit een gezin van acht kinderen. Johanna is de oudste, geboren op 22-11-1848. Een huwelijk of overlijden van haar is in het archief van de gemeente Denekamp niet te vinden.
Haar ouders zijn: Johannes Pikmaat, geboren ong. 1822 en gestorven 9-9-1875. (zoon van Berend Jan Pikmaat en Aleida Slijder uit Groot Agelo) en Euphemia Voorpostel, dochter van Jannes Voorpostel en Aleida Kolthof). Trouwdatum: 4-2-1848. Vanaf 1880 hield de gemeenten bij, welke personen in de gemeente kwamen wonen en wie er vertrokken. Johanna vertrok al eerder. Wel vermeldt dit landverhuizersboek dat een jongere zuster van haar n.l. Maria, in 1880 ook naar Amerika emigreert. De plaats staat niet vermeld.
(*geboren +overleden).
Genealogisch overzicht van Heinik Nijland/Henry Nyland en Joanna Pikmaat/Pikmoth.
De grafstenen van Henry Nijland en Johanna Nyland-Pikmaat.
Hendrikus (Hendricus) (Heinik/Henry) Nijland (Nyland) is geboren op 26-08-1848 om 12:00 in Gammelke/Deurningen (’n Siewert), zoon van Gerrit Jan Nijland en Hendrika Slamp. Van de geboorte is aangifte gedaan op 28-08-1848. Heinik/Henry is overleden op 25-02-1931 in Fort Wayne, Allen County, Indiana, VS, 82 jaar oud. Hij is begraven in Fort Wayne, Allen County, Indiana, VS (Catholic Cemetery). Heinik/Henry trouwde, 25 jaar oud, omstreeks 1874 met Johanna Pikmaat (Pikmoth) van dezelfde leeftijd. Johanna is geboren op 22-11-1848 om 04:00 in Groot Agelo 30 (Meenderink), dochter van Johannes Pikmaat en Euphemia Voorpostel. Van de geboorte is aangifte gedaan op 22-11-1848. Johanna is overleden op 19-07-1915 in Fort Wayne, Allen County, Indiana, VS, 66 jaar oud. Zij is begraven in Fort Wayne, Allen County, Indiana, VS (Catholic Cemetery).
Wordt vervolgd…
Gerardus Hilgenhorst x 1837 Hendrika Kalter…
Gerardus (roepnaam Gradus) Hilgenhorst wordt erfopvolger en is geboren op 17-9-1838. Hij trouwt, oud 49 jaar, op 19-10-1887 met 12 jaar jongere Hendrika Kalter *22-06-1850 in De Lutte. Dit huwelijk blijft kinderloos.
Gradus overlijdt op 16-1-1909 oud 70 jaar waarop Hendrika, oud 60 jaar, op 28-1-1910 hertrouwt met Gerardus Oude Wolcherink *14-3-1864, dus oud 46 jaar, op Buurks in Rossum(O). Dit huwelijk blijft ook kinderloos.
Hendrika overlijdt op 3-1-1921 oud 70 jaar, waarop Gerardus Oude Wolcherink op 12-5-1921 in Weerselo hertrouwt met Gezina Veldhuis *11-11-1892 in Beuningen.
Bevolkingsregister 1901-1923 in wonend: Johannes Oude Holtkamp *1852 in Losser, knecht. In 1917 Gerardus Johannes Mensink *1903 knecht komend van Ootmarsum.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
1 Gerard Oude Wolcherink zie hierna.
2 Sien *8-11-1923, trouwt met Hennie Nolten uit Denekamp.
Gerardus overlijdt hier op 25-5-1943 oud 79 jaar en Gezina op 21-8-1952 oud 59 jaar in het RK Ziekenhuis ‘Heil der Kranken’ in Oldenzaal.
Gerard Oude Wolcherink x Geziena Johanna Broekhuis…
Gerardus Frederikus (Gerard) Oude Wolcherink wordt erfopvolger en is geboren op 27-6-1922.
Hij trouwt met Geziena Johanna (Sientje) Broekhuis van het nabij gelegen erf Dan’n kemper.
Uit dit huwelijk 5 kinderen: Ine – Yvonne – Agnes – Connie – Nn.
De kinderen verlaten allen het ouderlijk huis.
Sientje overlijdt op 23-1-2002 in het Verpleeghuis Gerardus Majella in Denekamp oud 78 jaar.
Gerard blijft wonen op Greetnboer, wel met hulp van zijn dochter.
Hij overlijdt thuis op 3-7-2004 oud 82 jaar.
Na zijn overlijden verkopen de kinderen het boerderijtje aan de familie Pronk in Amsterdam. Zij laten het boerderijtje afbreken door Hazewinkel & Slebos in Oldenzaal en bouwen er een nieuwe woning. Als zijn vrouw overlijdt wil hij hier niet blijven en verkoopt hij de woning met huisperceel aan Peter Wiefferink.
Nieuwe woning Hilgenhorst of Greetnboer in Tilligte
Wordt vervolgd…
Franciscus (Frans) Koehorst is in geboren op het plaatsje Kukkert in Lattrop. Dit boerderijtje lag ten noorden van de familie Arens de Bergsmid. Eind jaren 1930 is het afgebroken. Frans is hier geboren op 23 maart 1874 en nog dezelfde dag gedoopt door pastoor A. Slutken in de RK kerk van Lattrop. Hij is een zoon van Gerrit Jan Koehorst *1827 op Koehorst nabij het klooster in Noord Deurningen. Zijn vader trouwt 1e in 1856 met Anna Maria Kukkert *1827 in Lattrop. Uit dit huwelijk 3 kinderen. Na het overlijden van Anna Maria in 1864 hertrouwt Gerrit Jan nog in hetzelfde jaar met Janna Veldscholten *1835 op Broek-Reker in Tilligte. Uit dit 2e huwelijk 6 kinderen waaronder als voorlaatste Franciscus.
In 1880 gaat hij naar de openbare school op de Schoolberg, amper tweehonderd meter verwijderd van zijn geboortehuis. Na de lagere school, 12 jaar oud, wordt hij dienstjongen op Boomhuis in Lattrop en later op Laarhuis op de Horst. Daarna is hij nog boerenknecht bij de familie Bonke-Molendijk op Klein-Bonke in Lattrop.
Op 20 mei 1911, oud 37 jaar, trouwt hij met Johanna Maria Middelhuis, *2 april 1882 op het oude Schiphorst bij Singraven (volgens overlevering familie Koehorst). Haar ouders zijn Gerardus (Gradus) Middelhuis *1842 op het Weghuis, later Snieders Mans, in Klein Agelo en Johanna Kuipers *1838 op ScholtenVarwick-Snieder, aan de Kerkweg in Tilligte. Johanna Maria heeft voor haar huwelijk een relatie met een onbekende man waaruit op 4 februari 1909 een dochter Anna Maria (Hanna) wordt geboren. Bij het huwelijk van haar moeder in 1911 met Frans Koehorst wordt zij door Frans wettelijk erkend en haar familienaam wordt gewijzigd van Middelhuis in Koehorst. Zij trouwt in 1932 met Hermannus Antonius Weusthof in Rossum. Zij overlijdt op 13 october 1959 oud 50 jaar en Hermannus op 6 november 1991, oud 92 jaar, op het Verzorgingshuis Gerardus Majella in Denekamp. De vader van Johanna wordt in de omgang ook wel Weghuis genoemd omdat hij daar in Klein Agelo geboren is. De kinderen van Gradus en Johanna krijgen deze huisnaam mee. Als Johanna dan met Frans trouwt krijgt deze familie ook de bijnaam Weghuis.
Zij komen te wonen in een huisje op grond van boer Brugman in Oud Ootmarsum, niet ver van de boerderij Schutte in Tilligte. Frans bouwt hier zelf, met toestemming van boer Lenferink, een huisje voor zijn familie.
Hier worden uit het 2e huwelijk van Frans en Johanna Maria 6 kinderen geboren:
2 Maria Aleida (Marie) Koehorst, geboren 6 juli 1912. Zij trouwt in 1939 met Bernardus Hermanus Nijmeijer, geboren in 1913 in Denekamp. Zij overlijdt daar op 28 februari 1980 oud 67 jaar en Bernard op 21 december 1989 oud 76 jaar.
3 Gezina Maria (Sien) Koehorst, geboren 23 september 1913. Zij trouwt in 1938 met Hermanus Frederikus Keupink uit Ootmarsum. Sien overlijdt hier aan het Keupinkspad op 23 december 1993 oud 80 jaar en Herman op 9 september 1995 oud 85 jaar.
4 Aleida (Leida) Koehorst, foto links, geboren 10 november 1915. Zij trouwt met Hendrikus Johannes Olthof en overlijdt op 19 september 1972 oud 56 jaar aan de Oonksweg in Borne.
5 Gerard Koehorst, geboren 24 juni 1918. Als jongen komt hij vaak bij de familie Morsink op het erf Schutte. Hij blijft en pacht later de boerderij van de familie Aarnink (de Vink) in Ootmarsum. Hij trouwt met Dinie Bodde van het erf Maseland in Tilligte. Gerard overlijdt op 3 juli 1985 oud 67 jaar.
6 Johannes (Johan) Koehorst, geboren 3 september 1919. Hij trouwt met Marietje Huy uit Denekamp. Zij blijven, met zijn ouders, wonen op het huisje in Oud Ootmarsum waar ook hun kinderen worden geboren.
7 Wilhelmina Geziena (Mieneke) Koehorst, * ca. 1925 en overleden op 10 april 1929.
In 1957 verlaten de ouders Frans Koehorst, zijn vrouw Johanna Middelhuis, hun zoon Johan en Marietje Huy met hun 6 kinderen het huisje in Oud Ootmarsum en huren van het rk kerkbestuur een huis aan de kerkweg 5 in Tilligte. Hier overlijdt Frans op 7 augustus 1957 oud 83 jaar en Johanna Middelhuis op 24 augustus 1965 oud 83 jaar.
Foto’s van de andere kinderen:
Wordt vervolgd…
Rechterlijk Archief Richterambt Ootmarsum, toegang 0071.1, inventarisnummer 11, 16 januari 1799
H.H. Beernink nu Scholte Lubberink en echtgenote Walborg Scholte Lubberink kopen voor f 5.000,- het door hen gepachte erve Scholte Lubberink te Lattrop van de Heer (‘Burger’) Hendrik Otto Bentink tot Breklenkamp
(Transcriptie Jan Bossink, Hengelo)
Ik Fr(ans) van Raet, Richter des Land Gerichts Ootmarssum certificeere bij dezen, dat voor mij en Assessoren Hermannus Smithuijs en Harmen Sprikkel in den Gerichte erscheen zijn den Burger H.O. Bentink tot Breklenkamp en deszelfs Huijsvrouwe J. van Haxthausen, tutore marito, verklaarende om eene summe van vijf Duizend Caroli guldens in gevolge Koopbrief de dato den 17 Juny 1798 in eenen vasten, steden, en onherroepelijken Erffkoop te hebben verkocht aan Harmen Hend(ri)k Beernink nu Scholte Lubberink en Walborg Scholte Lubberink, Echtelieden, hunne eigendomlijke Plaatze Scholte Lubberink genaamd, gelegen in de Boerschap Lattrup, met deszelfs Landerijen en Pote Gronden, zoo en in dier voegen als het zelve thans door verkoperen word bezeeten en door koperen in Pacht en gebruik is. Zijnde Leenhoorig aan den Huise Putten; welke kooppenningen de eerste met den laatsten aan hun Comp(aran)ten ten genoege zijnde ontrichtet ende betaald, gelijk zij daarvoor quiteerden bij dezen; Zoo deden zij mids dezen na vooraf bekomen Consent en approbatie van de Leen Heer het welk hierna F(oli)o 482 ten Protocolle is geregistreerd Landzedelijke Cessie en overdracht aan, ende ten profijte van den Koper voorn(oemd), Eheliefste en Erven, ende zulks met zijne rechten en geregtigheeden, lusten en lasten van ouds daartoe gehoorende, zoo, en in aller gestalte als hetzelve bij hun verkoperen in eigendom was bezeeten geweest, zich zelve met hunne Erven daarvan ontervende, en de koperen met de hunne daar wederom aanervende, met belofte om ’t zelve ’t allen tijde te zullen wagten en whaaren voor de Evictie en alle opsprake onder verband als na Regte. S.A.L.
Des ten oirkonde hebbe ik Richter voorn(oemd) nevens de Comp(aran)ten dezen eigenhandig getekend en gezegeld.
Actum op den Huise Breklenkamp, den 16 Januarij 1799
w.g.
L.S. Fr. Van Raet, Richter L.S. H.O. Bentinck
Bentinck, geb(orene) von Hexthausen
Verklaringen:
H.H. Beernink H.H. Beernink 1740-1825, geboren op Beernink aan de Esweg in Lattrop.
Harmen Sprikkel ongehuwd 1744-1827, Jager in het leger van Napoleon Bonaparte en landbouwer op De Gaardener in Breklenkamp.
Assessoren bijzitters of getuigen
Door Herman Pikkemaat 1982
Tot nog toe hebben we de bewoners van het erf Broekhuis zo goed mogelijk op een rij gezet aan de hand van de aanwezige documenten in het schrijfladeke en de gegevens opgezocht in de archieven van de HCO in Zwolle, Ootmarsum en Enschede en de gegevens verstrekt door de verschillende gemeentearchieven in Twente.
Nu wordt het tijd om het huis, bouw- en weideland met het bos eens te bekijken. Hoe her er allemaal voor 1800 heeft uitgezien, is moeilijk te achterhalen. Wel worden bij erve Broekhuis gelegen stukken grond, in verspreid voorkomende documenten, ook voor 1800 gedateerd, bij name genoemd.
Door Willem Dingeldein in Denekamp wordt in het boekje ‘Over enige goederen van het Huis Ootmarsum I’ op bladzijde 29 het volgende vermeld. Omstreeks 1554 had de Commandeur van Ootmarsum ‘jaerlicks uit de Campe bij Brookhuis up dach Mychaelis to tynse negenden halven stuber’. Deze kamp lag dicht bij het erf Broekhuis, daarvan gescheiden door een beekje en een brede wal. Vreemd is dat het toch ver verwijderd erf daar juist eigendom had. Op de kadastrale kaart van 1832 staat deze kamp als Wieginkskamp aangeduid met de nummers 133 en 134. Dit stuk grond is in 1910 aangekocht door mijn vader Gerhardus Pikkemaat.
In de Attestatie (geschrift) van Lambert ten Broockhuijs gedateerd 16 november 1676 staat dat Lambert een steen heeft uitgegraven ‘midden in Roeberts alias Korckenkamp, beneffens de dwersgruppe, soo door obgemelte kamp gaett, en so voorts naar Hoffmeijers Maeii’. De ligging van deze percelen is niet bekend.
In 1684 geeft Lambert Broekhuis geboren Lankamp, aan Albert Toeninck in onderpand: ‘ses schepel weidelant Liggende met den eenen einde an den ouden Evelgunnen Dijck en met den andere einde an Wighminx Maethe’. Dit is op genoemde kadastrale kaart nummer 152. ‘Voorts een halff dachwerck Groenlants genoemt het Catrijnen Deelken, liggende tusschen den Boesenkolck, Evelgunnen en Graels Maethe’. Waar dit precies heeft gelegen kunnen we op de kadastrale kaart niet zien.
In het originele convent tussen Berend en Jan Broekhuijs d.d. 4 april 1768, aangetroffen in het schrijfladeke, staat dat Berend jaarlijks zal ‘profiteren het gewas van den Hogen Reuvecamp groot 1 mudde’. De Reuvekamp ligt in nr. 132 tegen de grond van Weghuijs, nr. 131, daarvan gescheiden door een hoge wal met stromend beekje. Tevens wordt in de akte genoemd het land ‘bij den Gaarden van ’t oude huis door hem aangekocht’. Het oude huis is het oude Broekhuis en wordt op de kaart met nr. 146 aangeduid. In 1834 is dit een schuur geworden. Het is niet precies bekend waar het land bij de gaarden lag, maar het was land door berend Broekhuis geboren Lankamp aangekocht. Niet bekend is van wie hij het gekocht heeft en ook niet hoe dit later in het bezit van Broekhuis is gekomen, toen zijn nakomelingen naar Poolboer zijn gegaan.
In de akte van overdracht van het erve Broekhuis in de Boerschap Klein Agelo, van het Huis Ootmarsum aan Jannes Weernink en Janna Broekhuis d.d. 26 december 1811, waarvan het origineel in het schrijfladeke ligt, wordt het ‘erf Broekhuis met zijn getimmertens no. 63, hooge en laage landerijen, zoo bouw-, groen- als potegronden, dog zonder het hout daarop staande, zijn dit erf bezwaard met eenen weekelijkschen wagendienst aan de Stad Ootmarsum om wegen te maken, alsmede met een jaarlijkschen uitgang aan de groote of Kerspels kerke te Ootmarsum van vijf en twintig gulden en tien stuivers en wel voor de somma van vijfduizend en vijf guldens Holl’. gekocht.
In 1832 zijn voor het eerst officieel de percelen ik kaart gebracht. De nummering van deze kadastrale van de gemeente Denekamp Sectie C, Duisman en Broekhuis, zien wij grotendeels terug in 1855 bij de boedelscheiding van Joannes Broekhuis geboren Weernink, die in 1850 is overleden. In deze akte worden alle percelen omschreven. Hieronder waren ook de in 1847 verkregen markegronden, met name de heide- en broekgronden, die niet dicht bij het erf waren gelegen. De percelen grond behorende bij en gelegen rondom het erf worden hierna genoemd. Tussen haakjes staat vermeld wat in mijn jeugd hiervan de veldnaam was.
No. 132 = bouwland (de Kamp genoemd. Hoe dit precies verdeeld is, zien we op een extra tekening genomen uit de kadastrale kaart van 1832,
No. 135 = weiland (of gaarden?)
No. 136 = hooiland (of iemengaarden)
No. 137 = Huis en erf
No. 138 = weiland (langs de toegangswei naar huis)
No. 139 = weiland
No. 140 = weiland met bomen (het Rondeel)
No. 141 = in 1855 onderverdeeld in nrs. 990 en 991
990 = (Dusinksmöske))
991 = meide met bomen (later böske genoemd)
No. 145 = bouwkamp (Olderskamp)
No. 146 = schuur (vroegere oude Broekhuis)
No. 147 = weiland
No. 148 = weiland
No. 149 = weiland met bomen
No. 150 = bouwland
No. 151 = weiland
Wordt vervolgd…
Rechterlijk Archief Richterambt Ootmarsum, toegang 0071.1, inventarisnummer 18, 20 slachtmaand 1810 (Slachtmaand: benaming in de Franse Tijd: de maand waarin traditioneel de dieren werden geslacht: november)
Testamenten van Herm Hendrik SCHOLTE LUBBERINK en zijn echtgenote Walburga SCHOLTE LUBBERINK te Lattrop.
(Transcriptie Jan Bossink, Hengelo)
Transcriptie testament van H.H. Scholte Lubberink.
Ik Mr. B. ten Pol Rigter des Land Gerigts Ootmarsum certificeere door dezen dat voor mij en Assessoren Johannes Walter en H. Oude Bossink persoonlijk in den gerigte erschenen is
Herm Hend(ri)k SCHOLTE LUBBERINK te Lattrup, zijnde gaande en staande en zijn verstand volkomen magtig, dewelke verklaarde uit overweging der zekerheid des doods en onzekere uure van dien, te rade te zijn geworden om over zijne tijdelijke goederen so hij met dode mogte ontruimen te disponeren, daartoe dan tredende na vooraf te hebben verklaard dat hij Testateur in geene andere Classe van gegoedheid behoord dan in de eerste, conform de ordonnantieo op het klein zegel geëmaneerd, (kantlijn: op een zegel van vier en twintig stuivers. In fidem B. ten Pol) so verklaarde hij Testator te annulleren en te niete te doen alle overige testamentaire Acten van uiterste wille ofte andere hoe ook genaamde Dispositien, die te voren door hem mogten zijn gemaakt geweest, op eeniger hande maniere en dan voort tredende tot zijne uiterste willens verklaring, so nomineerd en institueerd hij Testator:
1mo. Tot zijne eenige en universeele Erfgename zijne Huisvrouwe Walburga SCHOLTE LUBBERINK in alle zijne na dode na te latene Goederen, ten einde na zijn overlijden daarover te kunnen beschikken en daarmede te kunnen schalten en walten na haar lust en welgevallen. 2do. Is des Testators wille en begeerte dat zijn zoon Hermen SCHOLTE LUBBERINK na het overlijden van hem en zijne huisvrouwe voormeld, het Erve en Goed Scholte Lubberink met zijne hoge en lage landerijen, daarop staande getimmertens en Houtgewassen, so en als het zelve in de Boerschap Lattrup in zijne bekende Bepalinge is gelegen, mitsgaders den inboedel des Huizes, Beesten en Paarden en verdere Bouwgereedschappen zal trekken en houden en zulks tegen uitkeringe van eene Summa van ses duizend guldens,, en so hij zonder lijfs Erven mogte komen te overlijden, dan nog daar en boven aan zijne Broers en susters moeten uitkeeren de summa van drie honderd gulden, en wijders onder dit mits dat hij nog aan zijne 2 jongste Broeders en 2 jongste susters zal geven ieder een Beest en dan nog aan dezelve te samen eene summa van twee honderd gulden, dus aan ieders vijftig gulden eens, tewijl hij alwijders verpligt zal zijn, zijne beide jongste Broeders met Namen Herm Jan en Jannes in eeten en drinken, linnen en wullen, kortom in alles wat tot lijfs Nooddruft behoord, te onderhouden tot dat zij den ouderdom van twintig jaren zullen bereikt hebben en dan nog aan ieder te geven een Bedde met zijn toebehoren en een kiste; zullende hij geinstitueerde Erfgenaam Herm(anu)s SCHOLTE LUBBERINK eindelijk nog gehouden zijn, aan zijn jongste Broer, ingeval dezelve niet in staat mogte zijn zijne kost te winnen, ’s jaarlijks uit te keeren eene summa van f 20,-
3tio. Verklaard den Testateur al wijders zijne wille te zijn dat zijne zoon Herm(anu)s SCHOLTE LUBBERINK voornoemd, verpligt en gehouden zal zijn aan zijne twee susters Maria en Hermina de kamer aan het Huis in te ruimen en nog daar en boven daarbij een gebond aan te zetten, mitsgaders aan dezelve een spind lijn en een spint gaardenland te laten bezaaijen, voorts aan dezelve te laten vrijen ingang in het Huis en dan nog elke derzelve te geven eene kaste en een kiste, als mede vrij brand uit de schoppe en een kop vol melk dagelijks.
4to. Eindelijk verklaard hij Testator na Dode zijner vrouw in het verschot zijner Nalatenschap tot Erfgenamen te institueren en te nomineren zijne vijf ovrige kinderen met Namen Evert, Maria Hermina, Herm Jan en Jan SCHOLTE LUBBERINK
Waarmede hij deze zijne testamentaire Dispositie, nadat hem dezelve van woord tot woord duidelijk was voorgelezen, sluitende, verklarende voorts dezelve alzo vrij en onbedwongen, zonder persuasie of inductie van iemand te hebben opgerigt, begerende dat dezelve na zijn overlijden Effect moge sorteren en nageleeft, het zij als een Testament, Codicill, gifte ter zaake des Doods ofte zo als dezelve na Regten best zal kunnen bestaan.
Des ten Oirconde hebbe ik Rigter voorn(oemd) dezen eigenhandig getekend en gezegeld, gelijk dezelve mede door den Testateur getekend en geen zeegel gebruikende door mij met mijn Bijzegel bekragtigd so als ook dezelve door de Assessoren mede getekend en door mij dwijl dezelve insgelijks geen zegel gebruikten met de nodige Bijzegels is voorzien.
Op het Erve Scholte Lubberink in Lattrop, gerigts Ootmarssum den 20 van Slagtm(aan)d 1810
Was get(ekend) en gez(egeld)
L.S. B. ten Pol, Rigter, L.S. H.H. Scholte L.S. Johannes Walter H. Oude Bossink
Wordt vervolgd…
1 Hendrika Gerwers *1871 Mors Geert (tante van bruidegom) x2
2 Bernard Luttikhuis *1861 Roatger Klein Agelo x1
3 Geertruida Maria (Trui) Gerwers *1900 Mors Geert (zuster van bruidegom) x4
4 Gerardus Johannes (Gerard) Bulter *1899 Köster ND x3
5 Gezina Nijmeijer *1870 Bergmeijer Lattrop (moeder bruidegom) x6
6 Johannes Gerwers *1870 (vader bruidegom) x5
7 Johannes Hermanus (Jan) Gerwers *1901 (bruidegom) x8
8 Johanna Euphemia (Hanna) Bodde *1901 Maseland Tilligte (bruid) x7
9 Maria Gezina (Sina) ten Brink *1887 oude Kienhuis Tilligte (moeder bruid) x10
10 Gerrit Jan (Jan) Bodde *1870 Maseland Tilligte (vader bruid) x9
14 Susanna Aleida Groeneveld-ten Brink *1897 oude Kienhuis Tilligte x29
15 Maria Berendina (Meike) Wigger-ten Brink *1891 oude Kienhuis Tilligte x30
16 Johanna Maria Mensink-ten Brink *1893 oude Kienhuis Tilligte x31
17 Berendina Maria (Dina) ten Brink-Groeneveld *1899 Groeneveld Tilligte x32
18 Franciscus Hendrikus (Frans) Arends *1900 de Smid Lattrop x19
19 Maria Aleida (Leida) ten Brink *1900 oude Kienhuis Tilligte (nicht bruid) x18
20 Maria Damhuis-Mulders *1870 Weerselo (Brugwachterswoning T5) noaber
21 Anna Maria (Marie) Mollink-Bodde *1876 Maseland (Hösthoes T84) noaber
25 Johannes Gerardus (Jan) Bodde, *1904 Maseland Tilligte
28 Gerardus Everardus Wigger Wiggerskuper Lattrop (broer van 30) meteropnemer/fotograaf
29 Gerardus Albertus Groeneveld *1895 Groeneveld Tilligte x14
30 Johannes Gerhardus Wigger *1888 Wiggerskuper Lattrop x 15 (broer van 28)
31 Johannes Bernardus Mensink *1880 Geesteren(O) x16
32 Gerhardus Johannes (Gerard ten Brink *1888 oude Kienhuis Tilligte x17
36 Johanna (Hanna) Scholte Lubberink *1899 Veldboer (noaber) Lattrop x37
37 Gerardus Johannes (Jens) Broekhuis *1891 Dannenkemper Tilligte (noaber) x36
Namen van de overige nummers zijn nog onbekend.
Twee jaar is er gewerkt aan de samenstelling van dit boek. Maar nu is het dan zover. Alle werkzaamheden zijn afgerond en de opdracht tot drukken is gegeven.
De levertijd bedraagt ca. zes weken en verwacht wordt dat de levering half april plaatsvindt.
Op de website www.heemkunde-lattrop-breklenkamp wordt het horizontale menu hiervoor uitgebreid. Daar vindt u dan een bladerboek met een geselecteerd aantal bladzijden. Tevens worden hier mededelingen opgenomen betreffende:
# Waar en wanneer en voor welke prijs het boek te koop zal zijn.
Dus de website regelmatig raadplegen.
In de volgende Nieuwsbrief van april nadere mededelingen hierover.
Foto hierboven:
De betovergrootouders van Willem Molendijk, Jan Molendijk 1793-1863 en zijn vrouw Jenne Brookman 1795-1865. Jenne is geboren op het erve Brookman nu Molendijk aan de Brookmanweg. De foto is gemaakt ca. 1860 en is daarmee de oudst bekende foto in Breklenkamp.
Rechts: Nieneind Twickel boerderij Molendijk in Breklenkamp.