Heemkunde Lattrop Breklenkamp

Jaargang 8 nr 2 febr 2021

Website: www.heemkunde-lattrop-breklenkamp.nl
Deze nieuwsbrief wordt u aangeboden door de redactie van de website………………………….
Op deze site vindt u o.a. de rubriek ‘Nieuws/mededelingen’ waarin actuele wijzigingen of aanvullingen worden vermeld. Met deze nieuwsbrief willen wij u op de hoogte brengen van nieuwe artikelen en, waar nodig, om uw medewerking vragen.
Hebt u geen interesse in deze mail dan kunt u zich hiervoor afmelden. Een bericht naar de redactie is voldoende: b.busscher@kpnplanet.nl of met het Contactformulier op de website.


Nieuws/mededelingen:
Geplaatst op de website:
# In de rubriek Nieuwsbrieven: Nieuwsbrief 2021-1
# In de rubriek Erven: Klinge in Noord Deurningen
# In de rubriek In gesprek met: Pater Cajetanus Tilligte
# In de rubriek Documenten: Markenvergadering Bonke en verkoop markengronden Lattrop


Bewoners Tijbaks in Lattrop (2)...

Gerrit Meinders x 1817 Euphemia Schoo(nhuis)…

De 2e zoon Gerardus Meinders *11-9-1786 wordt erfopvolger en trouwt op 31 mei 1817 in

R.C. doopboek Ootmarssum 11 september 1786

Ootmarsum met Euphemia Schoo, daarna ook wel Schoonhuis genoemd. Zij is geboren ca. 1789 in Brandligt.
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
1 Johannes Meinders zie hierna.
2 Joannes Theodorus (Jan) *30-3-1821 overleden na 1839 want in de Volkstelling van dat jaar wordt hij nog genoemd. Verder onbekend.

RC doopboek Lattrop Joannes Theodorus Meinders 29-03-1821 3 Susanna Meinders *13-8-1825 trouwt in 1854 met Gerrit Jan Huisken van het olde Bossink nu Gerda Busscher-Rerink in Lattrop.
4 Euphemia Meinders *5-9-1828 trouwt in 1862 met Jan Wigger *1829 Lattrop 14 (Wiggers Jans/later BennaadszienHannes).
Gerrit overlijdt hier op 13-6-1864 oud 77 jaar en Euphemia op 4-7-1867 oud 78 jaar.

Jan Meinders x 1859 Christina Morsink…

Johannes (Jannes) Meinders zie 1 hierboven wordt als oudste zoon erfopvolger. Hij is geboren op 25 september 1817 en trouwt op 10 mei 1859 met 1e Christina Morsink, *17-7-1822 op Egbers in Lattrop.
Uit dit huwelijk:RK doopboek Lattrop 7-2-1863 Euphemia Christina Meinders
1 Christina Meinders *14-3-1860. De moeder overlijdt in het kraambed en de dochter overlijdt 9 maanden later op 10-1-1861.
Op 6 october 1861, 9 maanden na het overlijden van zijn vrouw, trouwt Jan voor de 2e keer met Euphemia Oortman *21-12-1828 op het Oortman later Brook-Herm in Lattrop. Uit dit huwelijk 3 kinderen en dit keer heeft hij meer geluk want alle kinderen worden volwassen.
1 [half] Euphemia Christina *7-2-1863 vernoemd naar de moeder en de 1e vrouw van Jan. Zij overlijdt ongehuwd op 16-8-1880 oud 17 jaar op het Tijbaks.
2 [half] Maria Meinders *5-9-1865, trouwt op 14-1-1886 met Johannes Sleiderink *31-12-1852 in Noord Deurningen. Zij vestigen zich op Sleiderink in Beuningen waar Maria overlijdt op 22-1-1899 oud 33 jaar. Johannes overlijdt op 23-11-1933 in Buurse oud 80 jaar.
3 [half] Gezina Meenders *11-11-1868, trouwt op 12-5-1891 met Gerardus Meinders *21-1-1853 op Meenders aan de Epmanweg in Noord Deurningen. Als Gerardus in 1909 overlijdt hertrouwt Gezina in 1910 met Gradus Johannes Morsink *12-11-1882 in Denekamp.
Gezina overlijdt op Meenders in 1956 oud 87 jaar en Gradus in 1971 oud 88 jaar.

 

Foto en bidprentje Gezina meinders-Meenders geb 1868 Tijbaks Lattrop ovl. 1956 Meendert Noord Deurningen

Gebruikte erfnamen…

Vanaf de bouw worden in de kerkboeken van Ootmarssum en Lattrop verschillende namen, op elkaar gelijkende, aan dit boerderijtje gegeven.
O.a. Oude Nij Scholten Lubberink - Tijscholten Bakhuis - oude Nijscholten - oude Tijscholten - aude Teijschoelten - Oude Nieuwscholten - Oude Nieuwschulten - olde Tijscholtenhuis en Tij-Baks.

Eigendom…

Tot 16 februari 1799 zijn H:O: (Hendrik Otto) Bentink tot Breklenkamp en deszelfs Huijsvrouwe S: van Haxthausen eigenaar van de plaatse Tijscholte. Hieronder hoort ook het Tijbaks, al wordt dit niet met name vermeld; De boerenplaats wordt verkocht aan de bewoners; “Jan Hendrik Stokke nu Tijscholte koopt de plaatse Tijscholte voor 4000 Caroli guldens”. Voor 1799 zijn de bewoners van het Tijbaks pacht verschuldigd aan Bentinck in Brecklenkamp en daarna aan Jan Hendk Stokke nu Tijscholte en Janna Tijscholte.

                                                                                                                        Wordt vervolgd…


Uit de krant van toen…

Uit de krant van toen...


Jeugdherinneringen H Pikkemaat Klein Agelo 1977 (8)...Op de markt in Ootmarsum

Behalve de tijd die de school en de schoolweg van ons vroeg, moesten we na schooltijd en ook in de vacantie helpen op de boerderij naar kracht en leeftijd. In de herfst moesten we aardappels rapen. In het voorjaar waren de aardappels op rijen gepoot en in de herfst werden de rijen omgeploegd door mijn vader en de omgeworpen voor werd dan door 4 of 6 mannen uit elkaar gegooid met een greep (aardappelrooien heette dat). Elke rooier had 2 rapers of raapsters achter zich aan. Op zo'n namiddag, daar ook groot en klein van de buurt meehielp, konden heel wat zakken gevuld worden. Ofschoon ik een hekel had aan aardappelrapen, ging zo'n middag toch snel voorbij, omdat er een heel gezelschap bij elkaar was. Vooral het koffiedrinken op het land (koffie met boterham) kon zeer gezellig zijn. Voor het aardappelgarderen en het eikels rapen konden we kermiscenten verdienen. Kermis, Ootmarsumse kermis, de Kolde Karmse, zoals de mensen zeiden, was begin november, de eerste vrijdag na Allerheiligen. Een paar dagen voor die vrijdag rende je snel na school van Oud-Ootmarsum naar de stad om te zien hoe de kermis werd opgebouwd. Of de draaimolen van Gigengack er al was, of er een peerdespul (een tent met clowns, paarden en muziek) werd gebouwd en of er veel koek- en speelgoedkramen kwamen. Veel tijd om te kijken hadden we niet, want thuis mochten ze niet merken, dat we nog even in de stad waren wezen kijken.

Op kermismorgen waren we bijtijds klaar, maar voor 10 uur ging de kermis niet open. We luisterden buiten of we de grote bel van de draaimolen nog niet hoorden. Bereikte eindelijk de bekende klank ons oor, dan maakte je van blijdschap een sprong, rende dan naar huis, trok vlug de jas aan en in looppas naar de stad om van alle heerlijkheden te genieten. Om een uur of 4, half 5 moesten we weer naar huis. We probeerden zo lang te blijven tot de lampen van de draaimolen werden aangestoken om nog een laatste ritje te maken in de prachtige carrousel (kosten 1 cent). Binnenin liep een paard op een sukkeldrafje en een knecht draaide een orgel, waarvan ons de Winkel van Brons in Ootmarsumdeunen nog dagen in de oren klonken. De bel luidde en voor ons was het dat jaar de laatste rit geweest. Ofschoon we heerlijk genoten hadden, bleef die avond en ook nog de volgende dag een spijtig gevoel, dat al het mooie nu weer voor een jaar voorbij was. Met een bepaald voorval op de kermis hebben mijn broers me meer dan eens geplaagd. Mijn zus Marie had een grote zuur-kleurbal gekocht. Na een poos had ze er genoeg van en ze vroeg haar kleinere broers of zij hem nog lustten. Ik kreeg de bal en sabbelend trok ik met nicht Maria weer verder over de kermis. Maar plotseling kreeg ik het erg benauwd. De zuurbal was me in de keel geschoten en wilde voor- noch achteruit. Ik moet er wel beroerd hebben uitgezien, want veel mensen stonden om ons heen en gaven allemaal raad aan nicht Maria. Ik zie nog, hoe een hulpvaardige vrouw bij Brons (manufacturen op de markt) uit de winkeldeur kwam met een keteltje warm water om dat in mijn keel te gieten. Ik moest de mond openhouden en juist wilde ze gieten, maar plotseling schoot de zuurbal door mijn keel en kon ik weer ademhalen. Ik weet nog niet, waarom men mij thuis verweet, dat ik te gulzig was geweest. Nu ik het over de winkel van Brons heb gehad, herinner ik me weer, dat op de stoep van die winkel ieder jaar met de kermis een liedjeszanger en zijn vrouw hun liedjes op de grond hadden uitgestald. Door samen met overluide stem te zingen, trachten ze waar aan de man te brengen. "De moord in Koekangerveld", "de moord in Raangdonkveer", "deSinterklaas en Zwarte Piet klassianen" of “de wandaden van Frans Rosier” werden dramatisch verteld en velen kochten zo'n liedje om het thuis of bij het werk op het land te zingen. Ook herinner ik me, dat ze met droevige stem "Aan den oever van een snellen vliet" lieten horen. Veel aftrek vond ook "Toen ik op Neerlands bergen stond, keek ik er het zeegat in". Moeder kon het aandoenlijk zingen vond ik als kind. Ruim acht dagen na de kermis was moeder jarig. (17 nov.) We rekenden er op met de kermis een paar centen te bewaren om bij te dragen aan het cadeau dat we moeder wilden geven. Wat we zoal kochten weet ik niet meer maar een cadeau is me bijgebleven. Na school gingen we vlug naar Johannink, een grote donkere winkel, en kochten daar een gekleurde kop en schotel, waarop met gouden letters stond: "VOOR MOEDER". Onderweg op den hogen pad nu Allee genaamd hebben we voorzichtig nog even gekeken, hoe mooi het wel was en toen ging het papier er weer om. De onkosten voor mijn persoon was twee cent, die ik aan zus Marie gaf, want die regelde alles.

De drievoudige roofmoord in KoekangerveldNa de verjaardag van moeder waren de gedachten gericht op het komende St. Nicolaasfeest. Van dat feest werd niet zo'n manifestatie gemaakt als tegenwoordig. Daags voor St. Nicolaas werd er een ‘kiekavond’ gehouden. De winkels bleven 's avonds open en de geschenken waren in de étalages en binnen op de toonbanken uitgestald. Sinterklaas en Piet hadden dus wel keus. Als het weer niet al te boos was, gingen we na school naar de stad om even naar al het moois en lekkers te kijken met de hoop, dat Sinterklaas ons 's nachts niet helemaal zou vergeten. Op Sinterklaasavond gebeurde het vaak dat er na het avondmaal plotseling geklopt werd, de honden blaften geweldig en ja, daar verscheen Sint en Piet. Met zware stem informeerden ze of we goed ons best deden op school, of we de catechismus goed leerden, de gebeden konden opzeggen en gehoorzaam waren. Wij konden van schrik en ontzag geen antwoorden vinden en moeder deed voor ons het woord. Het viel alles nogal mee en tot slot beloofde Sint 's nachts als wij sliepen Piet langs te sturen om nog iets te brengen. Veel kon het niet zijn, want de tijden waren slecht en er was weinig geld. Voor we naar bed gingen mochten we in de voorkamer elk een bord klaar zetten, waarin Piet zijn gaven kon deponeren. Ingelukkig sliepen we in. Om een uur of vijf, half zes wekte vader de knechts en de meiden om op de deel wat rogge te dorsen of in de stal de koeien te melken. Dan wilden ook wij opstaan, maar ons werd gezegd, dat moeder or zeven uur zou komen; dan konden we gezamenlijk gaan kijken in de voorkamer. En we vonden in ons bord een mes, bal, potlood. gekleurde glazen penhouder, kleurkrijtjes en 10 tot 12 sinter-klaasjes en wat pepernootjes. Aan de ogen van moeder kon ik zien dat ze genoot van onze blijdschap.

                                                                                                                      Wordt vervolgd…


Onbekende foto…

Onbekende foto Roepe op Mössem in LattropDeze foto komt uit het archief van de familie Roepe Lattropperstraat in Lattrop. Tot op heden is niet bekend wie zij is.
Mogelijk aangetrouwd van de familie Krake of Kerkhof-Jonkman.
Over niet al te lange tijd wordt begonnen met de publicatie van de bewonersgeschiedenis van het erf Morsman of Mössem in Lattrop.


Bewonersgeschiedenis Weghuijs in Lutke Aagel (2)…Acte op den Huijse Ootmarssum anno 1644 Beerte ten Wechuis

Johann Dietrich von Heyden, commandeur van Ootmarsum, verzocht de landcommandeur van Westfalen omstreeks 1635 hem te ontslaan uit de Duitse Orde. Von Heyden wilde trouwen met Godanna van Bronckhorst tot Batenburg. Eerder was hij overgegaan tot het protestantse geloof. Daarnaast deed hij het voorstel zijn bezit Waldenburg in Sauerland te mogen ruilen tegen de Commanderie Ootmarsum.

Hij koopt de voormalige Comman-derie inclusief de 77 pachtboerderijen.
In 1644 laat hij de rechten en plichten van al deze boerderijen opnieuw vastleggen in evenzovele actes. De acte van de weduwe Beerte ten Wechuis luidt als volgt: (zie kader hierboven).
In 1644 woont hier dus de weduwe Beerte Wechuis, haar geboortenaam wordt niet vermeldt. Haar man en Beerte hebben de katerstede aangenomen in ca. 1611 en voor het erfgewin 18 daler betaald. Haar man Nn Wechuis is overleden in ca. 1638 en voor dit versterf is 20 Rijnlandse daler betaald. Tot 1644 wordt als jaarlijkse pacht geleverd 2 schepel rogge, 6 ganzen en 15 kippen. In deze acte wordt dit laatste verhoogd tot 14. Zij hoeft vanaf heden niet te betalen voor niet geleverde diensten, hiervan wordt zij vrijgesteld. Daarnaast heeft zij nog 60 daler overige schulden gemaakt.

Lambert ten Weghuis x 1692 Jenneken ten Grael…

RC trouwboek Ootmarssum otr 05-06-1692 tr 19-06-1692 Lambert ten Weghuis J Lutken Ageloe en Jenneken ten Grael TilligteIn het trouwregister van de Nederduits Gereformeerde kerk in Ootmarssum wordt voor het eerst melding gemaakt van deze naam als op 19 juni 1692 Lambert Weghuis trouwt met Jenneken ten Grael van het gelijknamige erf in Tilligte. Deze boerderij lag en ligt nog steeds in de noaberschop van het Weghuis, hemelsbreed niet zo ver van elkaar verwijderd.
Vermelding in het trouwboek: 05-06-1692 19-06-1692 Lambert ten Weghuis J Lutken Ageloe en Jenneken ten Grael Tilligte. De eerste datum is van de ondertrouw, op de tweede datum werd er getrouwd. Lambert is akkerbouwer op Weghuis. Jenneken Grael baart geen kinderen en overlijdt kinderloos in Op huiden den 16, Nov. 1693 heeft Lambert Weghuis en Jenne ten Grael eheluiden de wooninge genaemt Weghuishet voorjaar van het jaar 1700.
Op het Huis Ootmarsum is Anno 1669 den sept dese J. D. v. Heiden gestorven en desselfs oudste soon Maximiliaan gesuccedert.
Anno 1688 den 14 gbr. Is dese Maximil. Van Heiden te ….. van Gent gestorven, en desselfs broeder Joh: Died. Van Heiden hem opgevolget. Titel: Baron, volgt militaire loopbaan en blijft ongehuwd. Georg overlijdt 89 14-11-1688 in Sas van Gent.

Tijdens zijn beheer wordt op het Huis Ootmarsum een nieuwe acte van erfwinning opgesteld; deze luidt als volgt: (zie kader onder).
De erfwinning kost hem 100 gulden. Blijkbaar is voor het versterf van Lambert zijn vader (olde Weghuus) nog niet betaald. Hiervoor moet Lambert alsnog 50 gulden betalen. Jenne ten Grael is geboren op het erve Graal in de directe noaberschop dat ook eigendom is het Huis Ootmarsum.
Volgens de erfwinningsbrief van Grael van het jaar 1660 is Jenneken ‘vrij’. Op Weghuis begeeft zij zich weer onder het ‘horig recht’, maar zal als tegenprestatie een kind ‘vrij’ hebben. Zij overlijdt echter kinderloos. Mogelijk is dit recht overgegaan op een kind uit het 2e huwelijk.

Lambert Weghuis x 1701 Jenne Ottinck…

Lambert hertrouwt op 18 september 1701 met Jenne Ottinck ~~ 1686 in Olden Ootmarssum.Den 15 maj 1700 heeft Lambert ten Weghuis ten overstaen van d'E. Jan Cremer

Uit dit huwelijk worden drie kinderen geboren:
1 Bernardus of Berend Weghuijs zie hierna.
2 Joanna Weghuijs ~(gedoopt) RC Ootmarssum 25-11-1703, overleden voor 1716.
[November 1703] 25 9br. baptizavi Joannam Weghuijs ex Lutk. Aag., pater Lambert, mater Geertjen, matrina Jenne Grael.
3 Gerardus Weghuijs ~22-11-1705 verder onbekend.
[November 1705] 1705 22 Novembr. baptizavi Gerardum Weghuijs ex L. Aag., pater Lambert, mater Fenne, matrina Geese Brugginck.

Jenne Ottinck x 1711 Berent Luicassen ten Kijnhuis…

Dan overlijdt Lambert Weghuis voor 1711 oud <49 jaar en Jenne Ottinck hertrouwt op 11 januari 1711 met Berent Lucassen, zoon van Lucas Kienhuijs, noemt zich Weghuijs, ~~ (gedoopt ongeveer) 1681 op Kienhuis aan de Hunenborgseweg in Tilligte.

Sijn op den Huise Ootmarssen gecompareert Berent Luicassen ten Kijnhuis en Jenne WeghuisUit dit huwelijk:
4 [half] Joanna Weghuijs ~15-01-1716 verder onbekend.
[Januari 1716] 1716 15 Jan. baptizavi Joannam Weghuijs ex L. Aagel, pater Berent, mater Jenne, matrina Fenneken Weghuijs.                                                                                                   Wordt vervolgd…

 

Proces verbaal boeren Denekamp, Tilligte en N.D. 4-11-1841 (1)…

Archief Kantongerecht Ootmarsum, toegang 0109, inv.nr. 4793.
Proces verbaal en vonnis m.b.t. de nalatigheid van boeren uit Noord Deurningen, Tilligte en de buurschap Denekamp in het schoonhouden van waterleidingen te Noord Deurningen.                                                               

2 november 1841
Transcriptie Jan Bossink Hengelo (Ov)

Pro Justitia.          

Proces Verbaal der openbare teregtzitting van het Kanton Geregt te Ootmarssum, Arrondissement Almelo, regt doende in strafzaken van den tweeden November 1800 een en veertig, tegenwoordig de Kanton regter van Ferneij, Burgemeester Dannenbargh als belast met de uitoeffening van het openbaar ministerie en d Griffier Oosterwijk.                                  

In zake van het openbaar ministerie tegen
1. Johannes Carré, oud vijftig jaren, landbouwer, geboren en wonende in de Buurschap Denekamp                                          

2.  Hendrik Heuvels oud vier en zestig jaren, landbouwer geboren te Noord Deuringen, wonende in de Boerschap Denekamp.                      3. Johannes Boeter, oud acht en vijftig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noord Deuringen.                                        

4 Hendrikus Dubbelink, oud vier en veertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                  

5. Hermannus Blokhuis, landbouwer te Noorddeuringen.                            

6. Harm Blokhuis, oud acht en zestig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                       

7. Frans Bekker, oud drie en vijftig jaren landbouwer, geboren te Noordwolde koningrijk Pruissen, wonende te Noorddeuringen.                    

8. Albert Aink, oud een en vijftig jaren, landbouwer, geboren te boerschap Denekamp, wonende te Noord deuringen.       

9. Lambert Brandehof, oud vier en vijftig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noord deuringen.                                                                      

10. Johannes Blokhuis, oud zes en dertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noord deuringen.                                                                      

11. Jan Berend Scholte Lubberink, oud vijf en veertig jaren, landbouwer, geboren te Lattrop, wonende te Noord deuringen.                                        

12. Hendrikus Eppink op Kuipers, oud acht en dertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                    

13. Jan Blankenaauw, landbouwer te Noorddeuringen.                                

14. Johannes Tijman, oud zeven en veertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                       

15. Gerrit Maatman, landbouwer te Noorddeuringen.                                  

16. Berend Enkt, oud een en veertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                       

17. Berend Jan Johannink, landbouwer te Noorddeuringen.                         

18. Jannes Heuvels, oud acht en dertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                       

19. Gerrit Wolkotte, oud veertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                                       

20. Gerrit Westerhof, oud acht en dertig jaren, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                

21. Jan Hendrik Bene, oud vijf en veertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.

22. Gerrit Jan Tijman op Damhuis, oud vier en dertig jaren, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                                        

23. Jan Haamberg, oud twee en zestig jaren, landbouwer, geboren te Lattrop, wonende te Noorddeuringen.                                                          

24. Jannes of Johannes Zwiep, oud acht en veertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Noorddeuringen.                                                    

25. Johannes Lankamp, oud een en veertig jaren, landbouwer geboren en wonende te Tilligte en                                         

26. Hendrikus Aarnink, oud negen en dertig jaren, landbouwer, geboren en wonende te Tilligte.                                                                                 

Alle gemeente Denekamp.                                                                            

Nadat de dienstdoende deurwaarder de zaak had uitgeroepen zijn de beklaagden in persoon ter teregtzitting verschenen (: met uitzondering van de vijfde, dertiende en vijftiende benevens zeventiende der beklaagden, welke noch in persoon noch bij gevolmagtigden zijn verschenen:) en hebben op de daartoe door kanton regter van hun gedane vragen, hunne namen, voornamen, ouderdom, beroepen, geboorte en

woonplaatsen opgegeven waarna zij door den Kanton regter zijn vermaand geworden oplettend te wezen op hetgeen zij horen zullen.                          

Het openbaar ministerie heeft hier op de zaak voorgedragen, daar na het proces verbaal van aanklagte door den Griffier is voorgelezen als mede de dagvaarding van onzen deurwaarder Jan Hendrik Selkers te Ootmarssum in dato drie en twintig October jongstleden.  En door het openbaar ministerie het verleenen van verstek verlangd van de afwezig gebleevenen. Het welk door de Kanton regter is verleend kragtens Art. 270 Wetboek van Strafvordering en dien conform verder gehandeld.

Tot het hooren der opgeroepen getuigen willende overgaan, zo hebben beklaagden verklaard zich hiertegen niet te verzetten, die daar op ten gevolgen van den last des Kanton regters de teregtzitting hebben verlaten.                                                                                                       

De getuigen één voor één weder zijnde opgeroepen, zo hebben zij elk afzonderlijk hun getuigenis de een na den ander mondeling afgelegd in de orde bij de dagvaarding aangewezen, na den eed te hebben gedaan van de geheele waarheid en niets dan de waarheid te zullen zeggen en op de daartoe door den Kanton regter aan hen gedane vragen hunne namen, voornamen, ouderdom, beroepen en woonplaatsen zo als hierna is omschreven te hebben opgegeven, na gezegd te hebben de beklaagden te hebben gekend voor het plegen van het feit in de gemelde acte van dagvaarding vermeld; door dezelve wat de eerste en derde getuige betreft, niet in den bloede of door aanhuwelijking te bestaan; terwijl de tweede getuige zegt eenigsints doch zeer ver familie te zijn van de zeventiende en een en twintigste beklaagden, ten opzichte der overige beklaagden ten dezen gelijk staande met de twee andere door het openbaar ministerie geroepn getuigen; en alle in geene dienstbetrekking tot hun te verkeeeren, terwijl na elk afgelegd getuigenis door de Kanton regter aan de beklaagden is gevraagd of zij daar tegen iets hebben in te brengen, waar op door hun datgene is aangemerkt dat achter elk getuigenis is vermeld, als:                                                         

1. Johannes Zwiep, oud acht en veertig Jaren, van beroep landbouwer en lid van den raad der gemeente Denekamp; wonende te Noord Deuringen; die zakelijk verklaarde: “Dat zoo ver hem bewust is tot heden het proces verbaal van aanklagte overeenkomstig de waarheid is, met uitzondering echter tot de zes en twintigste        

beklaagde, van wien hij niet kan bepalen of het aldaar eene waterleiding is, en deze alzo breukvallig zoude zijn. Dat tijd en hij het proces verbaal teekende hij in het denkbeeld verkeerde dat het aldaar een waterweg of waterleiding was, zonder het echter stellig te kunnen bepalen.                                                                                            

De tiende en elfde beklaagden hebben hier op aangemerkt dat zij onschuldig worden in regten betrokken, alzo die graden waarbij zij breukvallig zouden zijn, niet aan hun maar aan de achtste beklaagde ter zuivering en behoorlijke openmaking toebehoord.                                       

De achttiende beklaagde zegt mede onschuldig te worden geactionneerd, alzo hem een hoekje grond schijnd toegediend waarvan hij niets wist, dat de verdeeling der markengronden, niet klaar is, en deze niet doorgaande, het zelve aan de negentiende beklaagde behoord, die het in gebruik heeft gehad.                                                                                                           

De negentiende beklaagde zegt: als de verdeeling niet door gaat, dat dat hoekje grond door de achttiende beklaagde genoemd te behouden.           

Getuige zegt hier omtrendt: “Dat de verdeeling der markte nog niet klaar is hij van het door de 10, 11, 18 en 19 beklaagden geanvanceerde niets weet en ook onbewust is of de 18e beklaagde het hoekje grond van de 19e beklaagde al heeft.” De overige beklaagden hebben geene aanmerkingen.

2. Lambert Brandehof, oud vier en vijftig jaren, landbouwer van beroep en Markenrichter in de marke Noord deuringe, wonende te Noorddeuringe, die

zakelijk verklaarde: “Dat er in het proces verbaal van aanklagte door hem mede geteekend abuizen zijn ingeslopen, dat de 26e beklaagde Hendrikus Aarnink

onder anderen ten onregte is beboet. Dat relatief het door de 10e en 11e beklaagden geavanceerde hem bewust is dat de achtste beklaagde, of wel de eigentlijke eigenaar Gerrit Kuiper op Heveld, zijnde Albert Aink pachter, den opwerp heeft, en dus naar den regel aldaar de waterleiding moet zuiveren en dien ten gevolge de tiende en elfde beklaagden zouden vrij zijn. Dat hij heeft horen zeggen dat de 13e beklaagde Jan Blankenaauw ook ten onregte beboet is, alzoo dit pand de 12e beklaagde zoude toebehoren, doch voor zich zelf dit met geene zekerheid kan zeggen.”                        

Hierop heeft de Kanton regter de twaalfde beklaagde Hendrikus Eppink op Kuiper afgevraagd: of het laatste door getuige gedeponeerde de waarheid was, en hun het pand toekwam waar voor Blankenaauw is beboet. ’t Welk door genoemde twaalfde beklaagde bevestigend is beantwoord. Eindelijk zegt getuige: “Niet te kunnen bepalen of de achttiende beklaagde reeds het hoekje grond van den negentienden is toebedeeld. Beklaagden hebben geene aanmerkingen.

3. Hermannes Arends oud vijf en dertig jaren, veldwagter in de gemeente Denekamp en te Denekamp woonagtig, die zakelijk verklaarde: “Dat zoo ver hem bewust is, het door hun onderteekend proces verbaal van aanklagte waarheid behelsd; doch van alleen niet precies weet, of dat het land van de onderschrevene beklaagden was, dat hem zulks is opgegeven en hij niet beter weet of alles is regt. En eindelijk dat hij van het geavanceerde opzichtelijk de 10, 11, 18, 19 of 26 beklaagden niets weet.”

Beklaagden hebben geene aanmerkingen.                                                   

Wijders zijn de beklaagden (: zoo ver tegenwoordig:) door den kanton regter ondervraagd, en hebben dezelve alle gezegt, gemeend te hebben van hunnen plicht te hebben gedaan, terwijl de tiende en elfde beklaagden hebben geproduceerd twee getuigen ter ontlasting, verlangende het verhoor van dezelve.

                                                                       Wordt vervolgd…                                                        


Artikelen in voorbereiding…
# Bewonersgeschiedenis Maseland in Tilligte…
# Bewonersgeschiedenis Zegelvoort in Lattrop


Uit de krant van toen…

Uit: Twentsch dagblad Tubantia van 22 januari 1925


Bewoners Morsman (Mössem) in Lattrop (1)…

Ligging…Hottingerkaart 1773-1794 Morsman in Lattrop

Het adres van de huidige bewoners Roepe op Mössem is Lattropperstraat 99. Op de boerderij wonen Jan Roepe en zijn vrouw Willie. Het aan de overkant van de straat gelegen Klein Hotel/Theeschenkerij/Restaurant Mössems wordt geëxploiteerd door hun dochter Sylvia.
De boerderij, nog steeds op dezelfde plaats gelegen, hoort onder de marke Lattrop en ligt dicht tegen de Marke Noord Deurningen aan. Op neven-staande landkaart nog net rechts zichtbaar; rood omcirkeld.
Het is een allodiaal of eigengeërfde boerderij wat betekent dat de bewoners altijd eigenaar zijn geweest.

Oudste vermeldingen…

Oudste vermeldingen:
Markenboek Lattrop en Tilligte, 11 mei 1578: Harmen Morsink vermeld
Markenboek Lattrop en Tilligte, 29 apr. 1603: Berend Morsink vermeld
Markenboek Lattrop en Tilligte, 18 jun. 1655: Morsman heeft 2½ mud land aangegraven

~1655 Jan Morsink x ~1635 Nn
1 Berent Morsink erfopvolger zie hierna.
2 Engele Morsink ~~1644 x 1669 Willem Hartwick ~~1639 Ootmarssum. Na het overlijden van Engele hertrouwt Willem met Dele Eskes. Mogelijk gewoond in Ootmarsum.
3 Aeltjen Morsink ~~1655 x ~1680 Gerrit Jansz * in Zwolle (niet zeker). Vervolg onbekend.
4 Arent Morsman ~~1657 x 1687 Geesken Haselbeek ~~1662 in Nutter. Mogelijk ook gewoond in Lattrop. Uit dit huwelijk in ieder geval:
1 Jan Morsman *1687 in Lattrop. Hij trouwt op 2-7-1724 met Swenne Haamberg *1704
op Hoamberg in Lattrop. Uit dit huwelijk in ieder geval 2 kinderen:
1 Bernardus Morshuijs ~4-7-1728 verder onbekend.
2 Jenneke Morshuijs ~5-7-1731 verder onbekend.

Berent Morssinck x 1667 Jenneken Lanckamp…

In het Nederduits Gereformeerd trouwboek van Ootmarssum wordt op 27 mei 1667 het huwelijk vermeld van Berent Morssinck en Jenneken Lanckamp. Berent is geboren in ca. 1637 op Morsman en Jenneken ca. 1642 op Lanckamp in Tilligte. Zie 1 hierboven.NG trouwboek Ootmarssum 21-05-1667 Berent Morssinck en Jenneken Lanckamp
21-04-1667 (ondertrouw) 27-05-1667 (trouw) Berent Morschinck Jenneken Lankamp Lattrippe Tillighte.
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
1 Jan Morshuis zie hierna.
2 Jenneken Morshuijs ~~1672 trouwt op 5 april 1697 met Harmen Bossinck geboren ca. 1655 op Bossink of Bossem in Lattrop. Hij trouwde eerder met Jenneken Beernink en trok bij haar in op dit erf.
3 Geesken Berents Morsink ~12-04-1680, trouwt op 25 maart 1711 met Jan Lamberts ~20-06-1686 op het olde Lankamp, nu Arendsen, in Tilligte.
4 Jenneken Morsman ~14-01-1683 en overleden <16-08-1685.
5 Jenneken Morsink verder onbekend.
Vuurstedengeld 1675: Morsman, 1 vuurstede
Hoofdgeld en 500e penning 1675: Morsman betaalt de 500e penning over F1000,00
Zoutgeld 1694: Morsman betaalt F0-10-0

Beiden overlijden na 1685.

Jan Morshuis x 1697 Geesken Gosinck…

1 Jan Morshuis ~~1668, de oudste en enigste zoon uit het huwelijk van Berent en Jenneken, wordt erfopvolger en trouwt op 25 april 1697 met Geesken Gosink ~06-02-1681 op het oude Goosing of Goosing lijftucht. Dit verdwenen boerderijtje lag halverwege het laantje van Fox, rechts van de weg. Uit dit huwelijk worden 5 kinderen geboren:
1 Ale Morsink toegevoegd op basis van de Volkstelling van 1748, waar zij als kloppe wordt vermeld. Verder onbekend.
2 Lambert Morsink ~~1698 trouwt op 11 april

1728 met Deele Schallink ~~1703 op Schalman, nu Mensink, in Tilligte. Zij blijven ook op het Morsman wonen, evenals zijn broer Jan zie 5 hierna. Uit dit huwelijk Joannes Morsink *1732 †<1748 en Joanna *1739 ook overleden >1748.
3 Bernardus Marshuijs ~25-02-1703 verder onbekend.
4 Jenne Morsink ~~1710 trouwt op 11 april 1735 met Berend Ganzemeijer ~~1705 in Denekamp.
5 Joannes Lambertus (Jan) Morsman ~27-10-1720 zie hierna.
Verponding 1720: Morsman 30-11-4
Verponding 1722: Morsman 19-17
Hoofdgeld 1723: Massink f 2

Jan overlijdt na 1720 en Geesken na 1732.

Jan Morsman x 1742 Stine Roelofs…RC doopboek Ootmarssum 27-10-1720 Joannes Lambertus Morshuijs Lattrop

5 Joannes Lambertus (Jan) Morsman geboren Morshuijs ~27-10-1720, de jongste zoon dus, wordt erfopvolger. Hij trouwt op 14 mei 1742 met Christina, ook Stijne of Stine, Roelofs van het Roelofshuijs nu Roolsboer in Lattrop. Uit dit huwelijk worden 4 kinderen geboren:
1 Joannes of Jan Morshuis zie hierna.
2 Joanna of Jenne Mörschinck ~26-02-1746. Zij trouwt ca. 1770 met Gerardus Joannes of Gerrit Jan Rikkink geboren in 1749 in Denekamp.
3 Gesina Mershuijs ~03-10-1748 en ongehuwd overleden na 1773.

                                                                                                                       Wordt vervolgd…


Onbekende foto…

Water zat mer wie hebt 't nich