Heemkunde Lattrop Breklenkamp

Jaargang 7 nr 6 juni 2020

Website: www.heemkunde-lattrop-breklenkamp.nl
Deze nieuwsbrief wordt u aangeboden door de redactie van de website………………………….
Op deze site vindt u o.a. de rubriek ‘Nieuws/mededelingen’ waarin actuele wijzigingen of aanvullingen worden vermeld. Met deze nieuwsbrief willen wij u op de hoogte brengen van nieuwe artikelen en, waar nodig, om uw medewerking vragen.
Hebt u geen interesse in deze mail dan kunt u zich hiervoor afmelden. Een bericht naar de redactie is voldoende: b.busscher@kpnplanet.nl of met het Contactformulier op de website.


Nieuws/mededelingen:
Geplaatst op de website:
# In de rubriek Nieuwsbrieven: Nieuwsbrief 2020-5
# In de rubriek Familiegeschiedenis: Familie Bossink van Lattrop naar Oud Ootmarsum


‘Herinneringen’ door Herman Pikkemaat 1979 (slot)…

Herman Pikkemaat Klein Agelo in opleiding

Gradus Pikkemaat en Hendrika Maria broekhuis, de ouders van Herman Pikkemaat in Klein AgeloHerman Pikkemaat is geboren op 14-06-1897 om 13:00 in Klein Agelo (Broekhuis), zoon van Gradus Pikkemaat en Hendrika Maria Broekhuis (foto links). Van de geboorte is aangifte gedaan op 16-06-1897. Hij is gedoopt in Ootmarsum (RK). Herman is overleden op 09-07-1994 in Beek-Ubbergen (bij Nijmegen), 97 jaar oud.
Herman: 1977: schrijft boekje ’Jeugdherinneringen’
1979: schrijft boekje ’Herinneringen’
1982: schrijft boekje ’Het erve Broekhuis en zijn bewoners’

Beroep: Hoofd ener school.
Notitie bij de geboorte van Johanna: Of 06-02-1894?Herman trouwde, 30 jaar oud, op 03-08-1927 in Enschede met Johanna Wilhelmina Aleida Pot, 33 jaar oud. Johanna is geboren op 26-02-1894 in Borculo.
Johanna is overleden op 21-07-1975 in Bij Nijmegen (ovl Daun W-Duitsland), 81 jaar oud. Zij is begraven op 24-07-1975 in Beek bij Nijmegen.
Notitie bij overlijden van Johanna: Tijdens vakantie overleden.Augustinus Gerard (Guus) Pikkemaat Nijmegen 1929 Bussum 2018
Beroep: onderwijzeres.
1 Augustinus Gerard (Guus) Pikkemaat, geboren op 27-07-1929 in Nijmegen. Guus is overleden op 19-02-2018 in Bussum, 88 jaar oud.
Kind van Herman en Johanna: (foto rechts)
‘Jeugdherinneringen’ door Herman Pikkemaat 1977…
Herman Pikkemaat schreef twee jaar eerder een boekje met daarin de herinneringen aan zijn jeugd op het erf Broekhuis in Lutke Aagel. De transcriptie hiervan is klaar, enkele foto’s moeten nog worden toegevoegd. Over enige tijd wordt begonnen met de publicatie hiervan.


Foto Middelhuis Oud Ootmarsum…

(Met fiets) Hanna Borggreve Ool Greuneveld's Hanna Tilligte

 

 

Deze foto is mogelijk gemaakt voor de voormalige café/smederij Arends in Tilligte. Op de achtergrond twee houten gebouwen. Zijn dit de werkplaatsen van Bernard Meinders of ‘Mensink-Beernke’ later Slots?
Hanna Velers-Borggreve (ool Greunevelds Hanna) loopt hier dan richting dorp. Wie herkent de drie mannen achter haar? En wie zijn de twee meisjes naast haar?


 

Familie Ruël van Schepsdorf naar Lattrop (6)...

Hoofdstuk III

Barend Hendrik Ruël x 1865 Johanna Oortman…

Barend Hendrik Ruël, doopnamen Johannes Bernardus, is *4 februari 1834 op Snieders-Willem in Lattrop. Voor zijn huwelijk is hij boerenknecht bij de familie Scholten-Thijs (de Schoelt) Breklenkamp nr 8. Hij trouwt op 19 februari 1865 met Johanna Oortman *2 october 1843 op het Olde Grote Velde in Breklenkamp. Dit boerenplaatsje, horend onder de Twickelboerderij Veldman, lag tegenover het Lutke Veldman naast de eikenboom die er nog staat. Barend heeft wat grond tot zijn beschikking en koopt later nog een stuk grond. Hij is hier landbouwer maar houdt ook kippen, wat het plaatsje al gauw de bijnaam Eierhuis oplevert. Na de afbraak van het boerderijtje wordt het kippenhok verplaatst naar een andere Twickelboerderij, het Meestersplaatsje. Hier wonen de families Lohuis en later Onste.
Uit dit huwelijk worden 3 kinderen geboren:
1 Johannes (Jens) Ruël, zie hierna.
2 Gerhardus Ruël *21 juni 1869. Hij overlijdt op 19 augustus 1877 oud 8 jaar.
3 Nn Ruël levenloos geboren jongen op 23 april 1872.
Johanna Oortman overlijdt op 23 januari 1873 en Barend hendrik hertrouwt op 15 mei 1874 met Aleida Leeferink * 14 februari 1840 op Hofste-kuper of Waterkuper in Lattrop. Dit huwelijk blijft kinderloos.
Barend hendrik overlijdt op 26 september 1892 oud 59 jaar en Aleida Leeferink op 21 januari 1895 oud 54 jaar.

Bidprentjes Berend Hendrik Ruël en Aleida Leeferink Breklenkamp1 De oudste zoon Johannes (Jens) Ruël wordt erfopvolger en trouwt op 24 mei 1895 met Wilhelmina Euphemia (Mina) Wassink *16 december 1862 op Wassink in Breklenkamp. In de omgang wordt hij Eier-Jens genoemd. Dit huwelijk blijft kinderloos.
Als ze oud zijn besluiten Jens en Mina in 1928 het pacht boerderijtje te verlaten. In dat jaar verkoopt Jens voor f 100,= aan Johannes Bernardus Niehoff landbouwer op het Nijlandhuis, de onverdeelde helft in het kadastrale perceel te Lattrop, hooiland groot 1.01.60 ha. genaamd 'het Maatje'. Hij woont op 30-06-1928 met zijn vrouw Mina Wassink bij bakker Wermelink in Tilligte.
Dan denken zij hun oude dag te kunnen slijten in het klooster 'Maria Ad Fontes' in Ootmarsum.
Hermina komt daar in 1935 te overlijden. Het is niet bekend waar zij is begraven.
Jens wil daar niet alleen blijven. Hij klopt aan bij de familie Groeneveld-Leliefeld (Lutke-Veldman), oud-noaber, en vraagt Bidprentje Johannes Ruël Lattrop 1867-1943of hij daar tot aan zijn dood mag blijven wonen. Om onbekende reden wordt hem dat niet toegestaan. Hij komt alsnog terecht bij de familie Damhuis op het 'Kosthoes' aan de tegenwoordige Horstweg in Lattrop. Sina Keujer, de vrouw van Herman Damhuis, is in haar jonge jaren dienstmeid bij Lutke Veldman en Jens kent haar wel.
Jens voelt zijn einde blijkbaar naderen want op 1 juli 1943 laat hij door notaris A.G.J.M. Kirch in Ootmarsum zijn testament opmaken. Hierin laat hij zijn bezit na aan Herman en Sina Keujer op het Kosthoes. Daar overlijdt Jens op 20 augustus in het oorlogsjaar 1943 en wordt op 24 augustus op het RK kerkhof in Lattrop begraven.

Hoofdstuk IVAndenken an unsere Eltern Anton Rüel en Johanna Pasie

Anton Ruël, ook Rühl, is geboren op 19 december *1839 op Snieders-Willem in Lattrop. Hij trouwt in 1872 in Neuenhaus met Johanna Bernhardine Pasie geboren op 5 maart 1842 in Neuenhaus-Pruissen. Zij vestigen zich in Neuenhaus an Anton heeft hier als beroep landbouwer - ackersmann/tagelöhner, fahrten mit dem Pferde von Neuenhaus nach Bentheim zur Eisenbahn um güter zu holen und zu bringen. Uit dit huwelijk worden 4 kinderen geboren:
1 Johanna Maria Adelheid Ruël, ook Ruhl, geboren op 10 april 1874 en overleden op 10 februari 1881 oud 6 jaar.
2 Engelina Gesina *1877 zie hierna Hoofdstuk IVa.
3 Johann Ruël ook Ruhl geboren op 2 october 1877 en overleden op 20 december oud ruim 2 maanden.
4 Maria Engelina Ruël *1880 zie hierna Hoofdstuk IVb.

Hoofdstuk IVa

Engelina Gesina Ruël x 1899 Gerhard Hermann Santel…

Engelina Gesina Ruël is geboren op 2 october 1877 in Neuenhaus. Zij trouwt op 27 november 1899 in de St. Augustinuskerk in Nordhorn met Gerhard Hermann Santel geboren op 14 februari 1875 in de boerschap Bakelde bij Nordhorn en vestigen zich in Nordhorn. Van beroep is hij electromeister.
Gregor Santel neefje van Gerhard Hermann in Paderborn: “Das Foto meines Großvaters wurde in Osnabrück von August Funke erstellt. Mein Großvater war in Osnabrück beim Militär. Er trat am 10.10.1896 seinen Militär-Dienst bei der 7. Kompanie des Infanterie-Regiments Herzog Friedrich Wilhelm von Braunschweig (Ostfriesisches) Nr. 78 in Osnabrück an. Er diente hier als Musketier und wurde am 12.09.1898 als Gefreiter „zur Reserve beurlaubt“. Ich vermute, dass das Foto 1897 aufgenommen wurde, da er an seiner Jacke eine Medaille trägt. „Zum Andenken an den hundertsten Geburtstag des Großen Kaisers Wilhelm I“ wurde ihm am 22.03.1897 eine „Erinnerungs-Medaille aus erbeuteter Kanonen-Bronce“ verliehen. Die Urkunde darüber liegt bei mir im Archiv”.
Uit dit huwelijk worden in Nordhorn 8 kinderen geboren:
1 Nn Santel levenloos geboren kind op 15 juni 1900.
2 Nn Santel levenloos geboren jongen op 4 mei 1901.
3 Theodor Anton (Theo) Santel geboren 26 februari 1905. Hij trouwt op 3 augustus 1931 in Nordhorn met Josephine Koetsier geboren 20 mei 1905 in Nordhorn. Zij blijven in Nordhorn wonen.
Engelina Gesina Ruël en Gerhard Hermann Santel 18974 Anton Albert (Töns) Santel geboren 7 maart 1907. Hij trouwt op 27 november 1942 in Nordhorn met Johanna Katharina Lüken geboren 8 november 1916 in de boerschap Mehringen bij Emsbüren. Dit zijn de ouders van Gregor Santel eerdergenoemd.
5 Margaretha Johanna Maria (Eti) geboren 15 augustus 1909 en op 3 augustus 1931 in Nordhorn getrouwd met Bernhard Golinski geboren 22 september 1905 in Westeregeln, een plaats en voormalige gemeente in de Duitse deelstaat Saksen-Anhalt, en maakt deel uit van het Landkreis Salzlandkreis.
Deze familie blijft ook in Nordhorn wonen.
6 Bernhard Hermann (Bernhard) Santel geboren 11 januari 1912. Hij trouwt op 14 februari 1939 in Nordhorn met Ida Clementine Foppe geboren 29 mei 1914 in Langen. Langen is een gemeente in de Duitse deelstaat Hessen, en maakt deel uit van de Landkreis Offenbach.
7 Anna Maria (Änne) Santel geboren 2 april 1914. Zij overlijdt ongehuwd in Nordhorn op 8 augustus 2003 oud 89 jaar.
8 Maria Adelheid Santel geboren 15 juli 1921 en overleden 10 november 1923.

Erhard Santel overlijdt op 31 mei 1948 in Nordhorn oud 73 jaar en Engelina Ruël op 26 mei 1950 oud 72 jaar.                                                                                                                                                            Wordt vervolgd…


1937-03-01 Lattrop onder water…

1937-03-01 Lattrop onder waterDe leverancier is zo te zien de plaatselijke bakker of kruidenier. De vrouw des huizes staat klaar om de boodschappenmand in ontvangst te nemen. Rechts van haar staat een kind. Het is niet bekend waar deze foto is gemaakt. Hebt u informatie hierover?


Bewoners kotter Klinge in Tilligte (slot)…

Joannes Klinge x 1808 Helena Hulsink…

Joannes (Jan) Klinge, zie 1 hierboven, wordt erfopvolger op Klinge. Hij is gedoopt op 19 januari 1782 en trouwt in 1808 met Helena Hulsink gedoopt op 29 augustus 1776 op het erf Holsman in Reutum. Uit dit huwelijk wordt een zoon geboren:
1. Hendericus Klinge gedoopt op 6 april 1810, hij overlijdt ongehuwd op 3 maart 1811.
Jan Klinge is landbouwer van 1808 tot 1812. Hij overlijdt op 17 mei 1812, oud 30 jaar en de weduwe Helena Klinge-Hulsink hertrouwt in 1813 Albertus (Albert) Raatgerink (Roatger), gedoopt op 12 november 1785 en geboren in Klein Agelo. Zijn ouders zijn Hermen Scheepers (noemt zich Raatgerink) en Aaltjen Raatgerink eveneens uit Klein Agelo. Dit 2e huwelijk blijft kinderloos.

RC doopboek Ootmarssum Albertus Raatgerinck12-11-1785Helena Hulsink overlijdt op 26 april 1820 oud 43 jaar en de weduwnaar Albert Raatgerink hertrouwt in 1821 Gezina Lohuis (geb. Rikkink) geboren op Rikkink in Noord Deurningen en gedoopt op 19 juli 1794. Uit dit 3e huwelijk 5 kinderen:
2. [half] Aleida Raatgerink *9 december `1821, ongehuwd overleden op 24 juli 1847 oud 25 jaar.
3. [half] Hermen Jan Raatgerink, erfopvolger, zie hierna.
4. [half] Gerhardus Raatgerink *17 april 1826, ongehuwd overleden 30 juni 1883.
5. [half] Jannes Raatgerink *24 juni 1830, ongehuwd overleden 6 januari 1905.
6. [half] Geertrui(da) Raatgerink *4 september 1834. Zij trouwt in 1872 met Joannes Bernardus (Jan Berend) Wilmes, weduwnaar van Berendina Keukels van het Oude Beernink in Lattrop, *22 maart 1822 op Kaptein in Lattrop. Uit het 1e huwelijk van Jan Berend Wilmes is op Oude Beernink geboren Bernardus Johannes Wilmes. Uit het 2e huwelijk: Hermanus Bernardus Wilmes 1873-1926, Maria Johanna Wilmes 1874-1942 en Johannes Bernardus 1876-1877.
Albert is landbouwer op Klinge van 1813 tot 1853; dochter Aleida is calicotweefster en de zonen Gerhardus en Jannes zijn ook calicotwever.
Gezina Lohuis overlijdt op 17 februari 1851 oud 56 jaar en Albert Raatgerink op 17 maart 1853 oud 67 jaar.

Hermen Jan Raatgerink x 1858 Janna Lölf…

Huwelijksakte Hermen Jan Raatgerink en Janna Lölf 1858Hermen Jan Raatgerink, zie 3 hierboven, wordt erfopvolger. Hij is geboren op 2 september 1823 en trouwt in 1858 met Janna Lölf geboren op 11 januari 1829 op Oude Lölf in Oud Ootmarsum. Dit boer-derijtje lag destijds noordelijk van Middelhuis. Uit dit huwelijk worden 3 kinderen geboren:
1. Geziena Raatgerink geboren op 2 november 1859 en ongehuwd overleden op 27 april 1937 oud 77 jaar.
2. Jan Hendrik Raatgerink geboren op 30 juli 1862 en ongehuwd overleden op 10 maart 1869 oud 6 jaar.
3. Bernardus Raatgerink, erfopvolger, zie hierna.
Hermen Jan is hier landbouwer van 1853 tot 1889. Janna Lölf overlijdt op 24 mei 1900 oud 71 jaar en Herman Jan Raatgerink op 16 juni 1905 oud 81 jaar.


Bernardus Raatgerink x 1906 Susanna Maathuis…

Boerderij Raatgerink op Klinge in TilligteBernardus (Bernard) Raatgerink, zie 3 hierboven, is geboren op 2 october 1866 en trouwt in 1906 met Susanna (San) Maathuis geboren op 28 october 1873 op het erf Maathuis in Reutum.
Uit dit huwelijk worden 2 zoons geboren:
1. Gradus Johannes (Jan) op 29 maart 1907, hij overlijdt ongehuwd op 21 april 1989, oud 82 jaar. Jan is landbouwer op Klinge van 1939 tot de dag van zijn overlijden in 1989.Bernardus Franciscus (Bernard) Raatgerink op Klinge in Tilligte 1916-2004
2. Bernardus Franciscus (Bernard) Raatgerink op 18 december 1916, hij overlijdt ongehuwd op 27 october 2004.
Vader Bernardus is landbouwer op Klinge van 1889 tot 1932, overlijdt op 26 april 1932 oud 65 jaar en San Maathuis op 30 december 1942 oud 69 jaar.
Met het overlijden van Bernard (foto rechts) in 2004 komt een einde aan de bewoners Raatgerink op Klinge.

Kadaster 1832…

Uit de gegevens van het kadaster blijkt dat Albert Raatgerink, hij wordt hier nog Klinge genoemd, 14 stukken grond bezit en het huisperceel groot 0.07.20 ha..
Rondom het boerderijtje ligt 0.17.00 ha weiland. Aan de overkant van de weg ook een weiland groot 0.14.20 ha. en een strook bosch groot 0.02.80 ha. Tussen Klinge en Möschoes bezit hij bouwland groot 0.11.40. Inclusief het huisperceel bezit hij hier 0.41.20 ha.. Elders in Tilligte bezit hij nog 9 percelen. In de Broekmaten een stuk bouwland groot 0.53.90 ha en een stukje hooiland 0.02.50 ha. Tegenover ’t Groot bouwland groot 0.52.10 ha. en een paar honderd meter noordelijk hiervan bouwgrond groot 0.61.10 ha. Op de ‘Scholtenhaves Es’ een strook bouwland groot 0.25.70 ha., in het ‘Tilligter Broek met Nijhuis’, zuidelijk van de boerderij, hooiland groot 1.01.50 ha. en bouwland groot 0.57.20 ha.. En in ‘Den Beuzum Kolk’ aan de overkant van de beek bouwland 0.43.60 en hooiland 0.29.20 ha. Het totale bezit bestaat uit 15 percelen met een oppervlakte van 4.85.50 ha..
In geen enkel document wordt vermeld dat het Klinge een leengoed is. Aangenomen mag worden dat het altijd in het bezit is geweest van de bewoners.

Boerderij met schuren Raatgerink op Klinge in Tilligte


En de boer…En de boer hij ploegde voort...

Johannes Ruël in Breklenkamp, bijgenaamd ‘Eier-Jens’, heeft een stukje landbouwgrond bij zijn huisje dat hij van zijn huurbaas Twickel mag bewerken.
In het voorjaar leent hij daarvoor de ploeg van zijn buurman Groeneveld op Lutke Veldman.
Hij spant het paard voor de ploeg en tot zijn grote verbazing ligt de ploeg scheef op het land. Hij begrijpt er helemaal niets van. Hij kan geen voor ploegen. De buurjongens staan aan de overkant van de weg, proestend van het lachen… want wat hebben ze uitgespookt?
Ze hebben de wielen omgewisseld, zodat het grote wiel over het land loopt en niet in de voor. Het duurt enige tijd voor Jens dat door heeft. Hij zal ongetwijfeld een flinke krachtterm hebben laten horen… tot groot vermaak van de kwajongens!


Autobiografie Past. C. Borggreve Tilligte (4)...

Pastoor Cajetanus Borggreve van  Boarnk-Greads in TilligteHij bracht ons op zaterdag met zijn auto naar Apeldoorn maar dat leverde niets op. Mollink trad in bij de Karmelieten in Boxmeer en ik ging van 1937 tot 1938 naar het Klein Seminarie in Apeldoorn, maar één jaar. Maar het beviel mij niet op het Seminarie om wereldheer te worden. Ik probeerde het zesde jaar op het Gymnasium te volgen en daarvoor fietste ik op zekere dag naar Zenderen. Maar de zesde klas was daar al vol. Daarom spoorde de rector mij aan om een jaartje naar Baden te gaan.
Daar, kan ik mij nog goed herinneren, zag ik op 25 januari het grote licht aan de hemel, dat volgens de verschijning van Maria in Lourdes, het grote geheim zou aankondigen, n.l. de grote komende oorlog. Alle pastoors en seminaristen waren… (het vervolg van de regel is onleesbaar)… Heeswijk te gaan, bij de Norbertijnen, ook wel Witheren genoemd. Ik fietste weer terug naar huis, en toen begon het te regenen en ik moest schuilen onder de bomen. En daar begon ik te huilen van verdriet. Ik dacht er steeds over na; waar zal ik naar toe gaan? in welke Orde zou ik mijn toevlucht zoeken? In ieder geval in een Orde met paters zonder baard; al dat vieze gedoe om je kin, nee dat was niets voor mij. Eindelijk hield de regen op en ik fietste verder naar huis. En zo kwam ik bij de opening van het nieuwe schooljaar bij de Norbertijnen in Heeswijk terecht, waar je na de zesde klas alle kanten op kon. En zo was Heeswijk de ‘springplank‘ naar het Noviciaat der Karmelieten. Op zekere dag aan het einde van het schooljaar 1939 heb ik de fiets gepakt om mij te melden bij in het Karmelklooster in Boxmeer, bij Karmeliet Pater Pius aan de Stegge, afkomstig uit Ootmarsum.
Later hoorde ik dat mijn oom tegen mijn vader gezegd had ‘Ik zol hem de schuppe in de haand doon’, m.a.w. ik zou hem het boerenwerk laten doen. Maar dat kwam er niet van; ik hield stevig vast aan mijn roeping. En na 2 maanden vacantie in Tilligte bij vader en moeder, nam ik afscheid van hen en met een blij hart stapte ik in Boxmeer uit de auto om voor het laatst nog lekker te eten en drinken in een café, om daarna het klooster in te gaan. Het aardige leven was voor mij voorbij en ik stond bij de ingang van het kloosterleven.

NOVICIAATSJAAR IN BOXMEER 1939-1940…Carmelieten-Klooster in Boxmeer

Ik kan het me nog goed voorstellen. Wat een overgang, vanuit de drukke wereld met zijn harde arbeid, naar het stille en rustige kloosterleven. Ik had helemaal geen interesse voor koeien, varkens, kippen, paarden en boerenwerk. Ik wilde O.L. Heer dienen. De haren werden afgeknipt en zo ging de poort open van het geestelijke leven in het klooster in Boxmeer. In dit jaar waren er ook 2 Javaanse confraters, met het plan om Karmeliet te worden. Ze leerden de situatie in Holland kennen en ook het klimaat. Ze waren ontsteld dat ze elke dag niet meer konden ‘mandien’ (baden), wat in Indonesia gewoonte is. Op een mooie winterdag zagen ze voor het eerst sneeuw. Ze pakten een envelop, propten er wat sneeuw in en wilden het naar Indonesia sturen om daar aan de familie te laten zien. Wij begonnen hard te lachen.
Het was in het noviciaatsjaar, dus een proefjaar, waar we voor het eerst de religieuze kleding droegen. Het was een mooie inkledingsplechtigheid, onder een gezongen H. Mis waarbij de overste je de religieuze kleding aanreikte en zei: “neem dit kleed aan en blijf het dragen, heel je leven lang”. Ik had toen nog niet het idee, dat velen die opdracht niet zouden vervullen, want velen hebben die Karmelietaanse klederdracht aan de kapstok gehangen, zijn uitgetreden of zijn getrouwd. Het kloosterleven was hun te zwaar en het H. Geloof te weinig krachtig. En in die heilige tijd begon het oorlogsjaar 1940.
Karmelietenklooster in Merkelbeek (L)De oorlog tussen Duitschland en Holland. Ik werd er ’s nachts wakker van, want de kanonnen bulderden en de beeldjes vielen van de muur. We stonden op en gingen naar de kerk om er te bidden, dat alles goed zou aflopen. Maar de oorlog duurde voort. We verborgen ons in de kelder. Maar het heeft nog vele jaren geduurd voor alles weer in vrede terugkeerde. Maar het noviciaatsjaar ging gewoon door, met bidden, meditatie, werken en verdieping van het geloofsleven.
En zo brak de Professiedag aan op 14 September 1940, om ons weer klaar te maken voor de 6 jaar lange studietijd in Merkelbeek. Met eerbied en vol hoop legden we de heilige geloften af die geldig waren voor drie jaren, n.l. de geloften van gehoorzaamheid, kuisheid en armoede. En we baden dat we geheel ons leven trouw zouden blijven aan onze Lieve Heer, om na drie jaar die Geloften voor eeuwig te vernieuwen.

MERKELBEEKSE STUDIEJAREN 1940-1946…

Na de kleine geloften was de grote seminarietijd voor ons aangebroken. Eind Juli vertrokken we vanuit Boxmeer naar Merkelbeek, in het heuvelachtige Zuid-Limburg gelegen, om daar 6 jaar lang op het Grootseminarie door te brengen. Om ons te verdiepen in gebed, meditatie en studie: filosofie, theologie, bijbel, sociologie, godsdienst en vele andere vakken. Het was toen een drukke studietijd maar met veel afwisseling. Zo werd ik ook de deken van de klas, omdat ik de oudste was. Ook kreeg ik de opdracht om het onderhoud van de tuin van het klooster te behartigen en de appels en de wijndruiven te verzorgen en ze goed op te bergen in de kelder. Het was een zware tijd omdat het ook nog oorlogstijd was. Soms zag je veel tanks en kanonnen over de straten rijden. Soms ook doden aan de kant van de weg. Of je hoorde je kanonnengebulder en dan de bommen die vele steden aan de Duitsche grens vernielden, met veel slachtoffers.
En dan verborgen wij ons in de kelder. Het was een gevaarlijke tijd, je kon nooit weten wat er gebeuren zou. Vaak was er ook te weinig eten. Dan fietste ik soms met Pater Konings naar verre dorpen, om wat voedsel te halen. Ook van thuis uit Tilligte kregen we soms wat brood toegestuurd, maar dat was wel lang onderweg, en zo kwamen we er mager uit te zien. 6 Jaar was een lange tijd maar die heb ik met succes afgemaakt. De studie ging gewoon door en ook met werken; Frater Imnocentius Damhuis verzorgde de kippen en de vissen. Pater Mollink de bibliotheek van de parochie en ik het tuinwerk.
Op 17, 18 en 19 December 1943 kreeg onze klas de tonsuur (=kruinschering) en de vier kleinere wijdingen door Vicaris Apostolik Theodorus Antonius van Roosmalen van Suriname, als eerste stap voor de priesteropleiding. Ook studeerden we twee jaren lang de Javaanse taal; het laag Javaans, hoog Javaans en nog hoger Javaans, onder leiding van Pater Hardjo Kawi die van Java hier zijn priesterstudie was komen voortzetten. Maar we hadden er nog helemaal geen vermoeden van, dat we later naar de Missie in Oost-Java zouden vertrekken. We hadden veel over Java gestudeerd op de lagere school en ook op het Lyceum van de leraar Gescher, maar we hadden nooit kunnen denken dat we het met eigen ogen zouden zien. Het was toen nog oorlog in Indonesië en daar mocht niemand binnenkomen. Soms kregen we wel treurige berichten over onze confrater missionarissen daar. Dus we baden dat de oorlog daar maar gauw zou zijn afgelopen.                                                                                                                                                                  Wordt vervolgd...     


Uit de krant van toen…

1893-12-14 Limburger Koerier…

1893-12-14 Tusschen de machine geraakt Limburger KoerierHet betreft hier de landbouwer Lambert Scholten op Groot Bonke in Lattrop, getrouwd met Janna Alert uit Lage (Neustadt). De dienstbode die hier verongelukt is Maria Krake geboren op 21-07-1866, dochter van Gerrit Jan Krake en Anna Elisabeth Elfert op Krake in Lattrop. Maria is ongehuwd overleden op 9 december ’s morgens om 6 uur oud 27 jaar. De aangifte van overlijden wordt gedaan door de noabers van Scholten, Gerhardus Meijer (Arendsboer) oud 44 jaren en Johannes Rekers (Egbers Jannes) oud 35 jaren landbouwers. Beide boerenplaatsjes liggen tussen Bonke en Brookhaas.

1897-12-10 De Telegraaf…

1899-07-15 Huis JB Steenbeke afgebrand De CourantDeze boerderij wordt Enter-Jan genoemd. Later trouwt hier Hendrik Oude Wolcherink uit Rossum(O) met Leis Steenbeke dochter van JB Steenbeke.

1899-07-15 De Courant…

1897-12-10 Paard en wagen Bonke op hol De TelegraafJan Hendrik Bonke Lattrop 1858-1947

Dit overkwam de 40-jarige Jan Hendrik Bonke *1858 op Bonke in Lattrop, de vader van Hendrik Bonke die dan drie maanden oud is. Hij herstelt voorspoedig en overlijdt in 1947.

Links: Jan Hendrik Bonke 1858-1947


Bewoners Roelofs in Lattrop (1)...

In het Schattingsregister van 1475, het Paardengeldregister van 1602 en het Verpondingsregister van 1601-1602 wordt het Roelofshuijs niet vermeld. De eerste vermelding wordt gevonden in het Markenboek Lattrop-Tilligte, gescheiden marken maar met een gezamenlijk bestuur.Roelofs Lattrop Hottingerkaart 1773-1794
18 jun. 1655: Roelofs Harmen heeft 1 mudde land aangegraven en een bakhuis met tuin gebouwd, waarin een arme vrouw woont.
De volgende vermelding vindt plaats in het Vuurstedengeld 1675: Roelofs Jan, 1 vuurstede. Zoutgeld 1694: Roelefshuis betaalt F1-0-0; de bewoner van het bakhuis is zeer arm. Verponding 1720: Roelefshuis betaalt F32-14-4. Verponding 1722: Roelefshuis betaalt F11-13-7 verponding en F8-3-1 contributie. Hoofdgeld 1723: Roelofshuis, 2 personen, betaalt F2.
Het Roelofs is een allodiaal of eigenhorig erf dat van begin af aan eigendom is van de bewoners. Op basis van bovenstaande documenten en de doop- en trouwboeken van Ootmarsum kunnen de 1e bewoners worden gereconstrueerd.
De oudst bekende bewoner is Harmen Roelofs ~~1595; hij trouwt in ~1625 in Ootmarsum met Nn.  Mogelijk is kort daarvoor het 1e boerderijtje gebouwd. Harmen overlijdt na 1655 want in dat jaar wordt hij nog vermeld in het Markenboek. Uit dit huwelijk in ieder geval twee kinderen:
1 Jan Roelofs zie hierna.
2 Fenneken Roelofs ~~1645, trouwt op 19-06-1670 met Jan Routenberg ~~1640 in Oud Ootmarsum.

Jan Roelofs x ~1659 Gebbe Nn…

Jan Roelofs de oudste zoon wordt erfopvolger. Hij is geboren ca. 1630 en trouwt ca. 1659 met Gebbe Nn.. Haar voornaam wordt vermeld in het doopboek van Ootmarsum waar hun jongste zoon Rotger staat ingeschreven. Uit dit huwelijk 6 kinderen:
1 Berent Roelofs ~~1661 trouwt op 22-08-1691 in Neuenhaus met de weduwe Gese Jansen ~~1665.
2 Fenne Roelofs ~~1663 trouwt op 11-03-1688 met Jan Kuijer *~1658 op het gelijknamige erf in Lattrop.
3 Maria Roelofs ~~1668 trouwt op 05-03-1693 met Gerrit Oortman ~~1668 op Oortman of Scholten Geerts, voorheen Smoes, in Breklenkamp.
4 Stijntjen Roelofs zie hierna.
5 Geze Roelofs ~~1672 trouwt op 09-03-1696 met Henrick Kienhuis ~~1662 op Kienhuis in Tilligte.

Vuurstedenregister 1675 Roelofs Jan Lattrup

6 Rotger Roelofs ~02-02-1681 verder onbekend.

Stijntjen Roelofs x 1693 Egbert Boomhuis…

Omdat de oudste zoon uit huis trouwt en de jongste zoon nog te jong is, wordt de 3e dochter Stijntjen Roelofs erfopvolgster. Zij is geboren ca. 1670 en trouwt op 12-11-1693 met Egbert Boomhuis (noemt zich Roelofs) *~1668 op Boomhuis nu Schröder in Lattrop. Zoutgeld 1694: Roelefshuis betaalt F1-0-0; de bewoner van het bakhuis is zeer arm.
Uit dit huwelijk 7 kinderen:
1 Fenneken Roelofs ~11-09-1695 †<22-04-1698.
NG trouwboek Ootmarssum Egbert ten Boomhuis jm en Stijntjen Roelofs jd 12-11-16932 Fenneken Roelofs ~22-04-1698 verder onbekend.
3 Harmen Roelofs ~07-01-1700 verder onbekend.
4 Geertjen Roelofs ~21-01-1703 trouwt op 19-04-1726 met Jan Bossink, naar Bossem.
5 Christina (Stine) Roelofs ~17-07-1707 trouwt op 16-04-1732 met Hermen Elferinck *1693 in Oud Ootmarsum.
6 Berent Roelofs ~28-09-1710 verder onbekend.
7 Janna Roelofs ~26-12-1713 verder onbekend.
Stijntjen Roelofs overlijdt in 1714 en Egbert Boomhuis nu Roelofs hertrouwt op 18-12-1715 met Jenneke Seise ~09-11-1690, geboren op olde Scholten, nu Goosink, in Breklenkamp.
Uit dit 2e huwelijk 3 kinderen:
8 [half] Jan Roelofs zie hierna.
9 [half] Stientjen Roelofs ~05-11-1719 trouwt op 14-05-1742 met Joannes Lambertus (Jan) Morsink nu Mössem in Lattrop.
10 [half] Gerrit Roelofs ~08-03-1722 verder onbekend.
Verponding 1720: Roelefshuis betaalt F32-14-4
Verponding 1722: Roelefshuis betaalt F11-13-7 verponding en F8-3-1 contributie
Hoofdgeld 1723: Roelofshuis, 2 personen, betaalt F2

Egbert Roelofs en Jenneke Seise overlijden beiden >1722.

                                                                                                                     Wordt vervolgd…