Heemkunde Lattrop Breklenkamp

Jaargang 9 nr 5 mei 2022

Website: www.heemkunde-lattrop-breklenkamp.nl
Deze nieuwsbrief wordt u aangeboden door de redactie van de Website……………….
Op deze site vindt u o.a. de rubriek ‘Nieuws/mededelingen’ waarin actuele wijzigingen of aanvullingen worden vermeld. Met deze nieuwsbrief willen wij u op de hoogte brengen van nieuwe artikelen en, waar nodig, om uw medewerking vragen.
Hebt u geen interesse in deze mail dan kunt u zich hiervoor afmelden. Een bericht naar de redactie is voldoende: b.busscher@kpnplanet.nl of met het Contactformulier op de website.

Nieuws/mededelingen:
Geplaatst op de website:
# In de rubriek Nieuwsbrieven: nieuwsbrief 2022-04 (92)
# In de rubriek Familiegeschiedenis: Joanna Pikkemaat uit groot Agelo emigreert naar USA.
# In de rubriek Erven: Bewoners Hilgenhorst in Tilligte.
# In de rubriek Familiegeschiedenis: Frans Koehorst van Lattrop naar Tilligte.

Blokhuis Johanna Maria wv (1) Koehorst Johannes ev (2) Lohuis Johannes Bernardus met kleindochter Algonda6 [half] Johannes Koehorst *28-10-1868, trouwt op 14-5-1904 met Johanna Maria (Marie) Blokhuis *1-11-1876 op oude Zegelvoort of Heinik in Lattrop. Van 1904 tot 1908 wonen zij op Kukkert. Hier wordt hun zoon  Johannes Gerardus geboren op 4-3-1905.  Vader Johannes overlijdt hier op 25-1-1906 oud slechts 37 jaren. Dan vertrekt de moeder Marie met haar zoon Johan naar oude Zegelvoort waar Marie geboren is. Zoon Johannes wordt, als enigst kind, erfopvolger en trouwt met Johanna Gezina Bulter van het Köstershuis in Noord Deurningen. Na het overlijden van haar vader in 1906 blijft de weduwe Marie enkele jaren alleen om op 28-6-1912 te hertrouwen met Johannes Bernardus Lohuis *27-2-1870 in Noord Deurningen. Als zoon Johan trouwt met Hanna Bulter verlaat het echtpaar Lohuis-Blokhuis het ool Zeggelvoort en gaat wonen op het Dubbelink aan de Lattropperstraat in Noord Deurningen. Hier overlijdt Lohuis op 25-2-1949 oud 78 jaren en Marie Blokhuis op 6-11-1960 oud 84 jaren.
7 [half] Gerardus Koehorst 1871-1877 oud 5 jaar.
8 [half] Franciscus Koehorst, zie artikel eerder gepubliceerd.
9 [half] Bernardus (Bernard) Koehorst *27-9-1876. Hij trouwt op 26-6-1902 met Johanna Keujer *11-1-1865 op Keujer nu Ruël aan de Eikweg in Lattrop. Zij vestigen zich op het ‘Pikmaats-kloppen’, een huisje dat voor 1960 stond op de plaats waar nu Bennie Koehorst en Truus Oortman wonen. Hier worden hun 1e twee kinderen geboren:
1 Johanna Maria Koehorst 1903-1906 oud drie jaar.
2 Athanasius Johannes Antonius (Johan) Koehorst *2-5-1905.
De familie vertrekt, volgens het bevolkingsregister, op 5 december 1906 naar Hezingen. Waar zij hier gewoond hebben is niet bekend.  Zie vervolg hierna.
Bernardus Koehorst en Johanna Keujer Lattrop 40 jaar huwelijk 26-06-19423 Hier wordt hun 3e kind geboren, Gerardus Fransiscus Koehorst op 12-7-1907. Zie vervolg hierna.
Op 12 december 1908 vestigen zij zich nog een korte tijd, inschrijving 31 december 1908, op het Eks-Larink Rieks aan de Horstweg. Vandaar weer naar het ‘Pikmaats-kloppen’. Later zal dit huisje Kôkkert gaan heten.
4 Hier wordt hun 4e en laatste kind geboren. Johannes Bernardus (Bernard) Koehorst *28-2-1911. Zie vervolg hierna.
In 1908 verkoopt Gerrit Jan het erf Kukkert aan Bernard Horsthuis op het Reerink-Bakhuis ‘De Kruk’.
Janna Veldscholten overlijdt op 26-2-1908 op het kottersplaatsje oude Broenink in Lemselo waar zij haar laatste levensjaren heeft doorgebracht bij haar dochter Aleida. Haar man Gerrit Jan Koehorst trekt dan in bij zijn dochter Geertruida in Haarle bij Reutum. Hier overlijdt hij drie weken later op 19-3-1908.

Familie Koehorst-Keujer Lattrop 25 jaar huwelijk 26-06-1927Familie Koehorst-Keujer Lattrop 25 jaar huwelijk 26-06-1927

Tekst op het bord: ‘Herinnering .... hun 25 jarige Echtvereniging Lattrop 1927’

‘Zittend vlnr:
Bernardus Koehorst
*27-09-1876 Lattrop 35 (Kukkert), †29-03-1947 Lattrop 27 (Kukkert) Ovl St Jozefgesticht Apeldoorn. Zoon van Gerrit Jan Koehorst en Joanna Veldscholten. Trouwt op 26-06-1902 met…
Joanna Keujer *11-01-1865 Lattrop 80 (Keujer), †01-01-1943 Lattrop 27 (Kukkert). Dochter van Hermen Keujer en Johanna Bossink.
Staand van vlnr:
Gerardus Fransiscus (Gerard) Koehorst
*12-07-1907 in Tubbergen, †12-01-1987 in Oldenzaal (ovl 'De Molenkamp' Oldenzaal). Trouwt op 05-06-1930 met Aleida Hendrika Busscher *17-11-1904 Zuid Berghuizen (Losser), †25-04-1983 Oldenzaal (ovl RK Ziekenhuis 'Heil der Kranken').
Athanasius Johannes Antonius (Johan) Koehorst *27-09-1876 Lattrop 35 (Kukkert), †29-03-1947 Lattrop 27 (Koehorst) Ovl St Jozefgesticht Apeldoorn.
Trouwt in 1942 met Johanna Maria Koertshuis, *1902 in De Lutte, †11-10-1963 Lattrop (Kukkerts-Johan).
Johannes Bernardus (Bernard) Koehorst *28-02-1911 Lattrop 23 (vh 57) (Kukkert), †19-06-1975 Lattrop (Koehorst) Ovl RK Ziekenhuis Oldenzaal. Trouwt in 1940 met Geertruida Geziena Meijer *1911 in Lemselo (Steg-Dieks), †21-06-1981 Denekamp (Anjerstraat 25).
Er was nog een 4e kind uit dit huwelijk:
Johanna Maria Koehorst is geboren op 29-05-1903 in Lattrop 23 (vh 57) (Kukkert), Zij is gedoopt op 30-05-1903 in Lattrop (RK Kerk HH Simon & Judas).
Doopgetuigen: Joannes Koehorst en Gesina Kuier. Johanna is overleden op 23-10-1906 in LATTROP 60 (?), 3 jaar oud. Van het overlijden is aangifte gedaan op 24-10-1906. Zij is begraven op 25-10-1906 in Lattrop (RK kerkhof).                                                                                                                 Wordt vervolgd…

Geziena Johanna Oortman geb 1888 Vreugdenhuis Volthe ovl 1927 op Dannenkemper in Tilligte Geziena Johanna Oortman is geboren op 16-12-1888 in Volthe (de Vreugde/Vreugdenhuis bij Singraven), dochter van Hendrik Jan Oortman en Gesina Oude Weernink. Geziena is overleden op 22-06-1927 in Tilligte 2 (Dannenkemper), 38 jaar oud. Zij is begraven op 24-06-1927 in Denekamp (RK Kerkhof). Ook Dan’n-Sina.
Geziena trouwde, 30 jaar oud, op 22-05-1919 in Denekamp met Gerardus Johannes (Jens) Broekhuis, 27 jaar oud. Jens is geboren op 01-07-1891 in Tilligte 2 (Dannenkemper), zoon van Johannes Bernardus (Jens) Broekhuis en Euphemia (Feem) Brookhuis. Jens is overleden op 02-03-1974 in Tilligte 2 (Dannenkemper) Schiphorstdijk 22, 82 jaar oud. Hij is begraven op 06-03-1974 in Denekamp (RK Kerkhof). Jens trouwde later op 23-11-1929 in Denekamp met Johanna (Hanna) Scholte Lubberink (1899-1981).
Notitie bij Jens: Dan’n Jens.
Haar foto is gevonden bij een dochter van de familie Oude Wolcherink op Hilgenhorst of Greetnboer in Tilligte, neugste noaber van Broekhuis. Maar een naam had zij hier niet bij. Wel wist zij dat Sina of op Hilgenhorst heeft gewoond of op Dannenkemper. Jan Broekhuis in Denekamp, wiens vader op Dannenkemper is geboren, wist haar naam. Zij is een zuster van Jens Oortman möller in Lattrop.

Karnhond…

Plattegrond boerderij Broekhuis Klein AgeloIn de schuur stond nog een groot houten rad gemaakt van dunne gebogen planken. Dit grote wiel hing vroeger aan de buitenmuur van de melkkamer en het was de taak van de karnhond door in het wiel te lopen, dit door zijn gewicht in beweging te brengen en zo binnen de pols in de karnton op en neer te laten gaan. Naast de melkkamer had men een open ruimte met pomp en wasgelegenheid. Deze ruimte had de toepasselijke naam van washoek. Verder op deel had men een slaapkamer gemaakt voor de meid(en). Tegenover de opkamer lag de voorkamer, waarin het kabinet, de kast, tafel en stoelen stonden, die vader bij zijn komst op het erf had meegebracht. Deze kamer werd alleen gebruikt als familieleden op bezoek waren. Naast de woonkamer was een deur waarachter een bedstee en daarachter een klein kamertje, dat met een smalle deur verbonden was met een ruimte waarin twee bedsteden en een kabinet. Daarnaast en alleen van de deel uit toegankelijk met een slaapkamer voor de grotere kinderen.

Achter den Kamp…

Vanaf de Denekamperstraatweg gezien lag het huis verscholen achter den Kamp, te midden van zware eikenbomen. In 1906 en 1911 zijn deze voor het grootste gedeelte, evenals de mooie eiken van Wieginkswal, verkocht aan de firma Wiegerson in Steenwijk. Tussen de Duse en de Russchenmaat liep een zandweg naar Wiegman aan de weg van Ootmarsum naar Oldenzaal. Alle wegen waren zandwegen. Alleen de weg Denekamp-Ootmarsum-Almelo en de weg van Ootmarsum naar Lage waren Hermannus Johannes Aveskamp (1877-1946) en Maria Susanna Wolkorte (1882-1942) Tol Hearm in Klein Agelomacadamwegen. (Redactie: Deze bestonden uit 1 laag steenslag en 2 lagen grind). Komende vanaf Ootmarsum sloegen we vaak voor het tolhek (van Tol-Herm) rechtsaf en na ongeveer 150 meter was er links een klein vondertje. Dan staken we het smalle einde van Dusinksmöske over en kwamen dan in het ‘ekste’ meike (het laatste weideke) van Broekhuis. Den Kamp overstekend zagen we ons huis op de grens van het bouw- en weiland liggen. Duizenden keren hebben we die weg gelopen als we naar school gingen of weer terug naar huis.
Foto rechts: Hermannus Johannes Aveskamp (1877-1946) en Maria Susanna Wolkorte (1882-1942) Tol Hearm in Klein Agelo

Door het slop…

Door de niendeur kwamen we eerst op de deel. Deze deur werd het meest gebruikt, daar ze naar de weg gekeerd was. De stiel (stiepel) werd verwijderd en de boven- en onderdeuren naar binnen gedraaid. Dan konden de paarden met een voer roggegarven achter zich aan (2 vim in een keer = 240 garven) zo maar de deel oprijden, tot dat de wagen precies onder het ‘slop’ kwam te staan. De paarden werden afgespannen en werden tussen de wagen en de koeienstal naar buiten geleid waar een andere lege wagen klaar stond om op de akker weer vol geladen te worden.
Bernardus Joseph (Bernard) ter Brake Tilligte (geb op Haarboer in Klein Agelo)Terwijl vader en één der meiden daarmee bezig waren werd op de deel garf na garf door de ‘Haarboer’ met een vork (tweetands aan een lange steel) door het slop omhoog gestoken. Het slop was een langwerpige opening in de zolder (den balken), waar de garven op elkaar getast werden. Was de vork niet lang genoeg dan stond er aan de ene kant van het slop iemand met een vork klaar om de garven verder naar boven te steken, waar ze door een derde helper naar de vierde persoon gegooid werden. Die laatste handeling noemden wij ‘garven schieten’.
Daar ons huis erg lang was, acht gebond, door aanbouw nu negen gebond, werd de afstand van het slop naar de voorgevel te lang om de garven doelgericht naar de ‘vater’ te schieten. Deze lag op de knieën en verlangde dat de garven zo naast hem kwamen te liggen, dat hij ze met de rechterhand kon pakken om ze vakkundig naast en op elkaar te leggen. Om de afstand kleiner te maken en de ‘vater’ niet te ergeren door slordig ‘schieten’, werd er nog een tweede slop gebruikt en soms moest nog een hulp komen om de zware garven op de juiste plek te gooien. Men ging zo lang door tot de hele zolder voor en achter het slop tot aan de hanebalken volgepakt was. Daar het hoogzomer en meestal warm was en de zon de hele dag op het koren had gebrand, was de hitte mee naar binnen gekomen en in de steeds kleiner worden ruimte boven de opgetaste rogge kon met het tenslotte bijna niet meer uithouden, zodat wij blij waren dat het koren binnen was.
Nu waren de akkers kaal, alleen wat geknikte halmen en afgebroken aren lagen nog op de akkers verspreid. Die ging men nu met een ‘rijf’ bij elkaar brengen. Zo’n rijf bestaat uit een houten balk van twee meter lengte, voorzien van houten tanden. In de balk werden twee stokken vastgemaakt, die boven aan elkaar gehecht waren, zodat men er de rug onder kon zetten. En aan weerszijden achter de rug de stokken vastpakken. Dan trok men de rijf over het land. Waren de tanden vol dan bond met het bijeen geharkte samen tot een ‘bunke’. ’s Avonds kwam vader met paard en wagen om de Roggegarven ophalen van het roggelandbunkes naar de deel te brengen. De volgende morgen werden ze gedorst en zo kon het gebeuren dat van het zaad van de bunkes het eerste brood van de nieuwe oogst gebakken werd.
De roggeverbouw was de voornaamste bron van bestaan. In totaal werden 15 à 20 mudde land met rogge bezaaid, waarvan zo’n 90 tot 120 mud zaad geoogst werd. Een deel was voor gebruik van mens en dier. Na het dorsen bracht men het zaad naar de molen, van daar ging het meel naar de bakker, die er roggebrood van bakte. Een klein deel van het meel werd gebuild. Daarvan bakte de bakker de ‘boerenstoete’. Het zwarte brood, ook wel ‘broad’ genoemd, at men met boter en spek en de paarden kregen zo nu en dan ook een homp.                           Wordt vervolgd…

Van Annie Tijink-Broekhuis op Tijman in Groot Agelo werd onderstaand document ontvangen. Met name de lijst van inventaris leert ons veel over de namen van de destijds gebruikte voorwerpen. De transcriptie is gedaan door Jan Bossink in Hengelo(O). Hij schreef ook het boek ‘Dertien generaties nakomelingen van Wolter Tijink in Groot Agelo’.

Nr. 339 – Inventaris 24 maart 1817

(Transcriptie Jan Bossink Hengelo Ov.)

In den Jare agttien honderd zeventien, den vierentwintigsten Maart des namiddags ten twee uren ten verzoeke van Fenne TIJINK, landbouwersche wonende te Olden Ootmarssum, Gemeente en Canton Ootmarssum, moeder en van regtswegen voogdesse van Johanna oud agt Jaar, Gezina oud zes Jaar en Jan oud drie Jaar, hare drie minderjarige kinderen uit haar en wijlen Hendrik POSTEL, haren overleden egtgenoot geboren, zijnde de gemelde minderjarigen bekwaam zig als erfgenaam te gedragen van wijlen hunnen vader Hendrik POSTEL, ieder voor een derde gedeelte. In tegenwoordigheid van Hendrik Scholte Splinterink, landbouwer te Olden Ootmarssum, in naam en als toeziend voogd van bovengenoemde minderjarigen, zijnde tot dezen zijnen aangenomen Post verkozen bij besluit van den familieraad, blijkens Proces Verbaal van den vrederegter van ’t Canton Ootmarssum van den zesden Maart agttien honderd zeventien, den zevenden daaraan volgende te Almelo geregistreerd, zijn wij Mr. George Bernard ten Pol, openbaar Notaris in de residentie en Canton van Ootmarssum, Arrondissement Almelo, Provincie Overijssel, in bijwezen van Albert Bekman en Adolf Rientjes, ook beide landbouwers wonende te Olden Ootmarssum, getuigen hiertoe verzogt, tot bewaring der regten van partijen en anderen die daarbij belang zouden mogen hebben en wel vooral tot bevestiging der regten van de genoemde minderjarigen, toegetreden tot het inventariseeren en beschrijven van de roerende goederen (als zijnde geene vaste goederen in deze gemeenschap gevonden) van Fenne TIJINK, voornoemd en haren overleden man Hendrik POSTEL, zoals zij dezelve in gemeenschap hebben bezeten, zijnde deze Goederen gevonden in het door gemelde Fenne TIJINK in huur bewoonde huis gelegen in de wijk Olden Ootmarssum.  De voorbrenging en begroting zal gedaan worden door Albertus Roetenberg, landbouwer te Olden Ootmarssum door den toezienden voogd Hendrik Scholte Splinterink op verzoek van de moeder en voogdesse Fenne TIJINK daartoe gekozen, dewelke op den agsten maart agttien honderd zeventien voor den Vrederegter van ’t Canton Ootmarssum den Eed heeft afgelegd, van die goederen na hare wezentlijke waarde te schatten, blijkens proces verbaal van gemelden heer vrederegter van dien dag ook op den zeventienden Maart daaraan volgende te Almelo geregistreerd.                                                                                   En heeft de toeziende voogd, de priseur en de getuigen, de Moeder en voogdesse verklaard hebbende niet te kunnen schrijven, benevens ons Notaris voornoemd, alhier na voorlezing getekend.

w.g.

H. Scholte Splinterink, A. Roetenberg, A. Bruggink of Bekman, A. Rientjes.                                                             G.B. ten Pol, notaris

Handtekening H Scholte Splinterink, A Roetenberg, A Bruggink en A Rientjes Oud Ootmarsum

Dit gedaan zijnde, is men overgegaan tot de Inventarisatie in maniere navolgende.
In de keuken en op de Deel, in de stal en waschkamer, zijnde een vertrek gelijk vloers is gevonden:
            Manskleeren

No. 1. Een Pijrok, een lakens Camizool, een borstrok, een Calsrinken (?) en een oude borstrok, een sersien dito, een paar kousen, twee zijden doeken, een hoed en zeven hembden, alles te zamen geschat op vijfentwintig gulden en vijf stuivers, zegge f 25 = 5  =

Vrouwe kleeren

2. Zeven Boezelaars, tien rokken, vier zakken, twee borstrokken, zeven witte en zeven bonte halsdoeken en een doos met vijfentwintig vrouwen mutsen te zamen geschat op vijf en zestig gulden, zegge  f 65 =            

3. Eenige lappen linnen te zamen circa veertig ellen geschat  f 15 =                                     

4. Twee kleerkisten, een zaadkist en een kast geschat op vijf en twintig gulden, zegge f 25 =                   

5. Een ronde tavel, zeven stoelen en een staande klok, geschat op zeven gulden vijf stuivers, zegge f   7 = 5   =                  

6. Drie spinnewilen, twee braken, een haspel, drie tonnen, twee balien en een kruiwagen, geschat op agt gulden, zegge  f   8 =      =                          

7. Twee greepen, twee schoppen, drie dorsch vlegesl, twee hooivorken  en een harke, geschat op eenen daalder, zegge  f   1 = 10 =         

8. Een koperen ketel, een koffij en een theeketel en twee ijzeren potten  geschat op agt gulden, zegge f   8 =           

9. Een rooster, een vuurhaal, panne, koekenpan en hangijzer, een kern  en twee leupens, een melkvat en twee emmers geschat op vijf gulden  vijftien stuivers, zegge  f   5 = 15 =              

10. Zeven schotels, twee borden, vier koppen, een olijvat en twee  steenen kannen geschat op drie gulden tien stuivers, zegge  f   3 = 10 =

11. Twee messen, zes vorken, een wanne, een unster, twee botermandjes en een zoutvat en eenig theegoed, trekpot, kopjes, schoteltjes  tezamen geschat op drie gulden, zegge  f   3 =                      

12. Vier onder en vier bovenbedden, zes kussens, zeven beddelakens, zes slopen en een hoofdpeuluw geschat op vijf en veertig gulden zegge  f 45 =                   

13. Een koffijmolen, een trekpot, een lamp doorslag en een theebus  geschat op eenen gulden, zegge f  1,=          14. Twee koeijen geschat op vijftig gulden, zegge f 50 = =                 

15. Zes Schepel gedorschte rogge, geschat agttien gulden, zegge  f 18 =                          

16. Dertig ponden vlas en dertig schepel aardappelen, geschat op  vijfentwintig gulden, zegge  f 25 =

                                                                                                                                  Wordt vervolgd…

De verkoop vindt als volgt plaats:
Afhalen:
Cobbingstraat 16
7631 JC  Ootmarsum
Telefoon 0541-292770
Vrijdag             6 mei  2022    18:00 tot 20:00 uur
Zaterdag         7 mei   2022    14:00 tot 16:00 uur
                                               18:00 tot 20:00 uur
Zondag           8 mei   2022    14:00 tot 16:00 uur
                                               18:00 tot 20:00 uur
Prijs per exemplaar                € 35,=
Betaling                                   contant met gepast geld.
                                                electronisch betalen is niet mogelijk.

Hierop is gereageerd door Sien Meijer-Rikkink in Noord Deurningen:
“In dit artikel heb je het over een zekere Klaas achternaam onbekend. Het betreft Klaas Jonkman. Hij heeft mijn broer Johan geholpen met ontginnen van de heide aan de Dennenweg. Klaas was van oorsprong zeeman. Hij had nog een anker tatoeage op zijn arm”.
We nemen nog contact op met Sien om meer te weten te komen over deze Klaas.
Van ‘Vret-Beandke’ is nog geen verdere informatie beschikbaar.

Rovers van het Ulkenpad maakten Brecklenkamp onveilig (1960)

Spookveulen zwerft er rond…

Als het lampje schommelt…

(bron: onbekend)

Dit Krantenartikel uit 1960 is aangeleverd door Herbert Scholten in Ootmarsum. Hij is geboren op de Twickelboerderij Scholten (Schoelt) in Breklenkamp.

In Brecklenkamp spookt het! Ergens achter het kasteel, ver in de aan drie zijden door Duitsland omgeven ‘tip’ is het niet pluis, als het nachtelijk duister over het land is gedaald. Als de scherpe omtrekken van boerderijen en bomen vervagen tot donkere onwezenlijke vormen en als eenzame jeneverstruiken bedrieglijk veel lijken op stille wachtposten. “Het is daar, op die kamp, bij de grote beuk”, zeggen de boeren en zij wijzen naar een glooiende akker, omgeven door een mooi begroeide wal en enkele zware bomen; drie eiken en een beuk. Zo te zien geen huiveringwekkende plaats; we hebben de kamp overdag wel op zijn mooist gezien, nu het geboomte de gouden glans van de herfst draagt. Maar ’s nachts is het er anders… en er zijn mensen in deze afgelegen buurtschap, die dan voor geen geld ter wereld nog een wandeling langs die akker willen maken. Want het spookt er…

Ongrijpbaar…

Kaart Jan ten Hove Brecklenkamp 1824

Landkaart behorende bij het Grenstractaat van 1824

Het spook van Brecklenkamp moet een veulen zijn, dat na middernacht rondloopt. Soms op de weg blijft staan, af en toe op enige afstand de late wandelaar volgt en ook wel eens voor hem uit galoppeert. Men heeft geprobeerd het dier te vangen, maar dat lukte niet; spoken zijn immers ongrijpbaar.
Men heeft het verschijnen van het veulen ook in verband gebracht met plotselinge sterfgevallen in de buurt. Als het zich had laten zien, betekende dat in zeer korte tijd ‘ne groove’, een begrafenis, maar niemand kon zeggen waar en bij wie…
Zodat de knecht van een naburige boerderij enkele jaren geleden de schrik van zijn leven kreeg. Hij was in de buurt op bezoek geweest en het was laat geworden. Bij de ‘speekakker’ gekomen liep het hem plotseling koud over de rug; hij had iets langs zijn benen voelen strijken, net een dier dat aangehaald wilde worden. Onze vriend – we zullen hem maar Berend noemen – bedacht zich niet en zette het op een lopen, maar het veulen of wat het dan mocht zijn volgde hem op de voet. Omkijken durfde hij niet, de wilde ren eindigde op de deel van de boerderij, en niet zodra was Berend binnen met de deur achter zich dicht, of een klagelijk gejank kondigde aan, dat de hond nog buiten was. ‘Het spook’ was de hond geweest, die de knecht tegemoet was gelopen!
“Ik geleuf nig dat ’t doar spookt. Ik bin d’r ’s nachts wal op alle tieden langs e’köm’n, mer speukeri’j doar op ’n kaamp? Niks” zegt de bewoner (Jan Bergman) van het erve Rotman aan de grens waarvan de niendeur uitziet op de beruchte en door menigeen gemeden plaats.

Bij nacht en ontij…

Ulkenpad op landkaart van 1901Maar ook deze nuchtere jonge boer, die met vaste hand de felrode tractor de loods in keert, weet te vertellen van plaatsen waar het niet pluis is geweest, ofschoon het er niet spookte. Oude bewoners in de buurtschap wijzen de plek en vertellen van het beruchte ‘Ulkenpad’; letterlijk vertaald ‘bunzingpad’. ’n Ulk was de naam voor een klein daglonershuisje en zijn bewoners, die in een kwade reuk stonden. Vandaar misschien dat zij als ‘bunsings’ werden aangeduid. De buurtschapsbewoners meden bij nacht en ontij het pad langs dit huisje. Het paadje was echter een mooie korte weg als men naar Nordhorn moest; vandaar dat ook veel niet-Brecklenkampers deze weg namen als ze ‘noar ’n maark in Nordhoorn’ liepen. Overdag kon dat ook best, maar zodra de avond was gevallen werd over het Ulkenpad een touw gespannen. De niets vermoedende voetgangers liepen ertegenaan, en dan begon in het huisje van ’n Ulk’ een lampje te schommelen. De eenzame wandelaars en marktgangers werden iets verder opgewacht en beroofd.
Het huisje is verdwenen, de bewoners zijn reeds lang ter ziele, docht de naam van het sinistere roverspaadje leeft nog altijd voort in Brecklenkamp, waar men over het algemeen zwijgzaam is, zoals overal in het grensgebied. Maar over de rovers, het Ulkenpad en het spookveulen willen de tongen nog wel eens loskomen. (Redactie: hier wordt waarschijnlijk het ‘Zwarte Gat’ bedoeld).

Drie Ulkenhuizen.

In Breklenkamp staan drie zogenaamde Ulkenhuizen waar ca. 1800-1850 drie families Westerhof wonen. Ulke Jan Hendrik later bekend als Schip-Heinik nu Jan Bergman. Slim’n Ulk Of Schoeltn Heinink Jaan nu Vos en Ulke Harm later Schabos en Edelkamp. Zo’n 150 jaar geleden, toen dit verhaal speelde, woonden hier de volgende families.

Ulke Jan Hendrik:
Engelina Kuipers 1883-1970Jan Hendrik Westerhof
geboren 1825, trouwt in 1851 met Geertruida Kochler ook Kokkeler * ca. 1829 in Beuningen. Als Geertruida overlijdt in 1862 hertrouwt Jan Hendrik nog in hetzelfde jaar met Joanna Oude Lansink *1821 in Hezingen bij Oud Ootmarsum. Uit het 1e huwelijk worden vier kinderen geboren: Johannes 1852-1854, Anna Maria 1854-ongehuwd Oldenzaal 1947, 1857 Johannes trouwt in 1906 met Engelina Kuipers (zie foto rechts) geboren Kamp. In 1859 Geertruida 1859 oud 1 maand.
Uit het 2e huwelijk van Jan Hendrik 3 kinderen: 1863 Levenloos geboren zoon, Gerardus *1864 verder onbekend en Hendrikus 1866-ongehuwd 1900.
De vader is Jens Küpers uit Wierden en zijn vrouw Wilhelmina Kamp komt uit Lage. De ouders van Engelina Kuipers vestigen zich in 1878 op het boerenplaatsje Oude Boomhuis later Veld-Jan in Lattrop waar Engelina ook geboren wordt. Haar 7 jaar oudere halfzuster Angelina *1876 in Lage trouwt met Gerardus Meijners *1857 op het Oude Aarnink of Schuurhuis in Tilligte, naar het Rammelhuis in Lattrop.

Angelina Kuipers 1876-1944Slim’n Ulk:
Hier woont in 1850 de oude Hendrik Westerhof. Hij is geboren in 1777 op Ulke Jan Hendrik en is dan 73 jaar. Hij trouwt in 1806 met Geertrui Heitkamp of Hegkamp *1769 in Losser en vestigt zich op Slim’n Ulk dat in vroeger tijden nog Cuiper werd genoemd. Hij overlijdt in het jaar 1851. Zijn zoon Gerardus Joannes *1808 wordt erfopvolger en trouwt in 1837 met de weduwe Maria Agtermaat *1807 op het gelijknamige erf in Beuningen. (foto R: Angelina Kuipers 1876-1944)

Ulke Harm:
In 1850 woont hier de oude Hermannus of Harm Schabos die in de omgang nog Westerhof wordt genoemd, naar de vorige bewoners. Zijn vader Lucas Schabos of Scabus kwam in 1777 van het Scadebus in Hollands Hezingen naar Breklenkamp. Harm is hier geboren in 1781. Hij trouwt in 1802 met Hendrika ten Velde *1779 in Bakelde bij Nordhorn. Als Hendrika in 1841 overlijdt hertrouwt Harm in 1842 met Anna Maria Ripe *1815 in Veldhausen. Uit het 1e huwelijk 12 kinderen en uit het 2e 5 kinderen. De jongste dochter Hendrika uit het 2e huwelijk wordt erfopvolgster. Zij is geboren op 24 september 1850. Haar vader Harm is vijf maanden daarvoor overleden. Zij trouwt in 1881 met Heinrich Edelkamp *1850 in Lage.

Naschrift: (hieronder veldnamenkaart Cuiper/Vos en omgeving)

Veldnamenkaart CuiperVos en omgeving BreklenkampWaar de naam Ulke vandaan komt kon niet worden achterhaald. De veldnamenkaart van dit gebied vermeldt oostelijk van Slim’n Ulk nu Vos de veldnaam ’t Ulk. Bij Schip-horst en Schabos wordt in dit register een soortgelijke naam niet vermeld. Ook op de landkaart 1824 (zie boven) van Jan ten Hove, gemaakt bij gelegenheid van het Grenstractaat van dat jaar, wordt dit niet beschreven. Wel lang vergeten veldnamen als de Kloppenbury mate (?), de Kuperhofstede (Vos), de Dokterskamp (?), de Knottenkamp (plaats waar de zaadbollen van de vlasstengels worden verwijderd) en de Knollenkamp.
De ‘weg van Lage nach Nordhorn und Frenswegen’. Waar deze weg bij Rotman de grens overschrijdt begint nu de Rotmanweg. De Aaksbergweg is nu een afslag hiervan bij Leusman, langs ’t Zwarte Gat, en voorbij Vos. Vroeger was dit een doorgaande zandweg naar Nordhorn.
Of het verhaal geheel volgens de waarheid is, is niet van belang. Het zal vele keren verteld zijn. Sommige vertellers hebben wat toegevoegd, anderen weer wat weggelaten of naar eigen inzicht en kennis gewijzigd om het verhaal zo fraai mogelijk te kunnen vertellen.
De waarheid zal, zoals gewoonlijk, wel in het midden liggen. Het is allemaal met veel geheimzinnigheid omgeven en zo zou het ook moeten blijven.

Jeneverstruiken (zie landkaart 1824).
Bij grenspaal 58 wordt een ‘Wachholderbusch’ genoemd. In Breklenkamp staat deze struik bekend onder de naam ‘Woaghoolt’.

Kadasterkaart 1832 oude Klinge Noord DeurningenHet boerderijtje oude Klinge is een wönnerhoes van het erf Klinge aan de Penninksbrugweg in Noord Deurningen. Dit boerderijtje, dat nog steeds bewoond wordt door de familie oude Hendriksman-Bos, ligt aan de voormalige weg van Denekamp naar Lattrop, nu de Knik, net buiten de grens van Dorp Denekamp. Zie de kadasterkaart van 1832.
De oudst bekende bewoner is Hendrik Bos geboren 1675. Waar hij vandaan komt is niet bekend. Hij trouwt met een onbekende vrouw. Uit dit huwelijk, dat gesloten wordt ca. 1703, wordt in ieder geval een zoon Gerrijd, ook Gerrit of Geert geboren.

Gerrijd Bos x 1735 Jenne Rötgers…

1 Gerrijd (Gerrit of Geert) Bos is geboren ca. 1705 op het ‘Klingen olde huijs’ en gedoopt in de rc kerk van de H Nicolaas in Denekamp. Op 11 april 1735 trouwt hij rc in Denekamp met Jenne, ook Janna, Rötgers. Jenne is geboren can 1710 op het boerderijtje dat later nog bekend zal worden als Wolkot’n snieder bij Bonke in Lattrop.

Roomsch Catholijck trouwboek Denekamp 11 april 1735 Gerrit Bos en Jenne RötgersRoomsch Catholijck trouwboek Denekamp 11 april 1735

Uit dit huwelijk worden 6 kinderen geboren:
1 Henricus Bos gedoopt 10 december 1736; hij overlijdt voor 1742.
2 Euphemia (Fenne) Bos ~10-10-1739, overleden na 1748, verder onbekend.
3 Jan Hendrik Bos ~17-12-1742, overleden voor 15-03-1744.
4 Joannes Henricus (Henric) Bos ~15-03-1744. Hij is vernoemd naar zijn overleden broer, zie 3 hierboven en overlijdt >1748, verder onbekend.
5 Joannes (Jan) Bos *1748 erfopvolger, zie hierna.
Volkstelling 1748: Gerrit in Klingen olde huijs, vrouw Jenne, kinderen Fenne, Henric en Jan onder 10 jaar.
6 Martha Bos ~18-03-1752; trouwt ca. 1774 rc in Denekamp met Hendrik Silderhuis geboren Kuiper op het olde Silderhuis (verdwenen) aan de Penninksbrugweg in Noord Deurningen. Als Martha in 1806 overlijdt oud 54 jaar hertrouwt Hendrik ca. 1774 met Janna Zwennenhuis.
Hoofdgeld 1767: Geert in ’t oude Klinge en vrouw (Jenne Rötgers) trekken van de armenstaat.
Hieruit blijkt dat Geert en Jenne beiden nog in leven zijn en dat de erfopvolger Jan nog niet getrouwd is. Wanneer zij overleden zijn is niet bekend.

 

Joannes Bos x ~1781 Aleida Lohuis…

De hierboven genoemde nr 3 Joannes (Jan) Bos wordt erfopvolger. Hij is gedoopt op 4 januari 1748 in de rc kerk van Denekamp en trouwt ~1781 met Aleida Lohuis, ook Loman. Aleida is geboren ca. 1759 in Brandligt. In het doopboek wordt hij Bus genoemd; in het CIV begrafenisregister is zijn familienaam Bosch.

Roomsch Catholijck doopboek Denekamp 4-1-1748 Joannes Bus

Roomsch Catholijck doopboek Denekamp 4-1-1748 

                                             Wordt vervolgd…

Artikelen in voorbereiding:
# Familiegeschiedenis ter Brake in Klein Agelo…
# Bewoners erf Broekhuis in Klein Agelo…
# Bewoners erf Becker in Tilligte…
# Bewoners Haembergh in Lattrop…
# Familiegeschiedenis ten Brincke in Brecklenkamp…
# Bewoners erf Blankenau/Fleshuijs in Noord Deurningen…