Heemkunde Lattrop Breklenkamp

Na 50 jaar reünie op het Kosthuis in Lattrop

Bennie Busscher-Bertie Blokhuis

Kadasterkaart De Horst Lattrop 1832
 Op uitnodiging van Bertie Blokhuis uit Ootmarsum bracht de familie Damhuis uit Lattrop op zaterdag 17 maart 2012 een bezoek aan het 'Kosthuis' dat zij 50 jaar geleden hebben verlaten. Dit boerderijtje is gelegen tussen de Horstweg en De Hoonhorst. Van hieruit is er een prachtig uitzicht op het dorp Lattrop met kerktoren en Oortman-molen. Een kort historisch overzicht.
In 1827 is het perceel heidegrond waarop het 1e boerderijtje wordt gebouwd nog eigendom van de Marke Lattrop. Kort daarop wordt Gerrit Hofste, getrouwd met Euphemia Reerink, eigenaar. Deze familie is ook de opdrachtgever van de 1e bouw in 1830.
1e Pachter is Gerhard Heinrich Immink of Geert Hendrik, zoals hij in Lattrop al snel genoemd wordt. Hij is geboren ca. 1797 in Wietmarsum-Pruissen. Voor 1830 woont hij al enkele jaren bij zijn broer Albert Herman die op het Wevershuis in Breklenkamp is De grofsmid...getrouwd. Hij trouwt in 1830 met Berendina Toeslag geboren in 1795 op het 'oude Maaseland' in Tilligte. Hij is van beroep grofsmid en wordt al gauw 'Smids-Gradus' genoemd. De verhuringsakte van 21-04-1830 vermeldt als volgt: ‘Aanvaarding van de landerijen na Sinte Jacobi (25 juli a.s.) in de stoppelen en van het huis op Sinte Martini 1830. De huur bedraagt F44,- per jaar, te betalen iedere jaar afzonderlijk aanhanden van verhuurder' binnen één maand na Sinte Martini (11 november).' Hier worden hun 2 kinderen geboren. Hermen Jan in 1833, hij overlijdt in 1836. Euphemia Johanna ziet het levenslicht in 1835 maar overlijdt al in 1842. Ondanks deze tegenslagen blijven zij er wonen tot Geert Hendrik, 71 jaar, in 1868 overlijdt waarna zijn vrouw Berendina vertrekt naar het 'Janneshuis' aan de Frensdorferweg in Lattrop, het geboortehuis van haar vader; na 1925 bewoond door Pikmoats-Frans en –Dika. Zij overlijdt in 1874 te Lattrop L45, Lubberman op De Horst.
Hofste verhuurt het boerderijtje vervolgens aan Gerardus Hulsbeek. Gradus is een zoon van Hermen Hulsbeek en Johanna Lutke Veldman en is geboren in 1838 op het Klein-Bonke, het latere Wolkotten-snieder. (lag tegenover Bonke). Hij trouwt in 1877 met de 38-jarige Maria oude Leeferink uit Weerselo maar hun huwelijk blijft kinderloos. Inwonend zijn Euphemia Huisken en Hendrika Geisink, beiden dienstmeisjes. Tevens is inwonend neefje Joannes Lübke, (*1883) geboren op het Oude Goosink in Lattrop (verdwenen). Maria overlijdt hier in 1898 en Gerardus Hulsbeek, inmiddels verhuisd, overlijdt in 1916.
Nieuwe bewoners zijn het echtpaar Gerhardus Johannes (Jens) Küpers en Wilhelmina (Mina) Kamp. Jens is geboren in 1839 in Enter (het klompendorp) en van beroep rondreizend klompenmaker. Via Lage-Pruissen komen zij in Lattrop op het boerderijtje genaamd 'Oude Boomhuis', het latere Veld-Jan, bewoners Pikkemaat. Wilhelmina overlijdt in 1915 op het Smids-Gradus en Jens verhuist kort daarop naar het erf 'Enter Jan', het latere Oude Wolcherink en trekt in bij zijn oudste zoon Johann Bernhard Küpers en schoondochter Maria Horsthuis van het ‘Pandoer'. Klompenmakerij in vroegere tijden...
Daarop wordt de familie Hofste-Wolbers van het 'Kosthuis' uit Weerselo de nieuwe huurder. Deze erfnaam blijft hier 'hangen'. Zij zijn geen familie van huurbaas Hofste in Lattrop. Zij brengen 7 kinderen mee en in Lattrop worden nog 3 kinderen geboren. In 1925 verlaten zij het inmiddels bijna 100 jaar oude en bouwvallige boerderijtje.
In 1926 wordt het 2e Kosthuis in opdracht van boer Hofste gebouwd op de Bentheimer zandstenen fundering van het vorige boerderijtje. Vader Herman Damhuis –Kost Herman- trouwt in 1926 met Sina Keujer. Herman is in 1888 geboren op het toenmalige ‘oude Segelvoort' ook wel 'Segelvoortsbaks', het latere 'Heinik' aan de Korenmorsweg. Van beroep is hij Provinciaal wegwerker. Sina is geboren in 1899 op het boerderijtje met de fraaie erfnaam 'Loeks op den Eendenbeld' dat gelegen heeft tegenover het 'Wevershuis' in Breklenkamp. Iedereen kent haar als 'Kost-Sina'. Zij nemen in dat jaar hun intrek op het nieuwe Kosthuis dat zij van de familie Hofste pachten voor f. 185,= per jaar. 8 Kinderen zien hier het levenslicht; Marie, Hennie, Johan, Gerard, Herman, Alphons, Frans en ten slotte Harrie.
Herman Damhuis en Sina Keujer (KostHerman en -Sina)Herman en Sina nemen in 1935 nog een oude weduwnaar in huis, Johannes Ruël, bekend als 'Eier-Jens', afkomstig van het 'Eierhuis' tegenover het Lutke Veldman in Breklenkamp (verdwenen). Sina kent hem nog uit haar tijd als dienstmeid bij de familie Groeneveld op Lutke Veldman in Breklenkamp.
Eind 1962 verlaten Herman en Sina met kinderen Johan, Herman, Alfons, Frans en Harrie het boerderijtje en verhuizen naar een nieuwe woning aan de Pastoor Brandtsstraat 1 in Lattrop.
In 1948 vindt bij Hofste een boedelscheiding plaats. Gerard Hofstee erft het Kosthuis. Begin jaren '50 breekt er brand uit maar de schade kan worden hersteld. Begin jaren '60 verkoopt Gerard Hofste het huisperceel van ca 1 ha aan Silderhuis in Ootmarsum. Deze verkoopt dit kort daarop door aan de familie Ruygrok uit Den Haag. Tot aan haar overlijden in februari 1983, bewoont Mevr. ( Jet ) Ruygrok het boerderijtje.
Haar dochter Margreet verhuurt hierna de woning een drietal jaren aan Rob Rook, schaapherder in dienst van de toenmalige gemeente Denekamp.
Vanaf 1987 wordt het boerderijtje bewoond door Marta Roozenstraten en Jenneke van de Ven. In 1990 worden Bertie en Thea Blokhuis uit Ootmarsum de nieuwe eigenaren. Zij blijven de woning verhuren aan beide bewoonsters. Thea overlijdt op 15 maart 2010. Marta Rozenstraten vertrekt in 1994, waarna Jenneke van de Ven tot aan haar overlijden op 4 november 2011 de woning blijft bewonen.
 
De gebroeders Damhuis...17 maart 2012:
De 5 broers Damhuis met aanhang zijn aanwezig. Harrie, Alphons, Gerard, Herman en Frans (vlnr op de foto). Na een uitgebreide bezichtiging rondom de woning wordt de bijeenkomst binnen voortgezet. Bertie verwelkomt de familie met koffie en gebak en brengt een toost uit met vlierbessenbrandewijn welke nog door Thea Blokhuis-Bruns gemaakt is van vlierbessen die ze geplukt heeft bij het 'Kosthuis'. Daarna volgt een rondleiding in het huis. Herinneringen aan voorbije tijden zijn er in overvloed, vooral omdat de indeling nog nagenoeg authentiek is. Uitgebreid wordt ingegaan op de belevenissen tijdens de jeugd. Een 'spannend' verhaal vertelt Alphons, toen 6 jaar. In het voorjaar van 1945 kwamen Duitse soldaten op de terugtocht bij hun op het erf. Het hele huis werd doorzocht en met de bajonet op het geweer werd in het hooi gestoken om te kijken of daar niet wat verstopt zat. Vader Herman had zijn fiets in de 'hiel' tegen de sporen gehangen en afgedekt met hooi.Het voormalige Kosthuis in Lattrop
De fiets vonden ze niet, maar wel de appels in de onderste la van het 'speint'. Ze propten er hun zakken mee vol. Herman zag een eindje verderop de Engelse militairen al in hun Jeep aan komen rijden. Hij zei dit tegen de soldaten in de hoop dat ze zouden vertrekken. Een soldaat laadde zijn geweer door en richtte deze op Herman. Gelukkig voor hem schoot hij niet en ze verdwenen richting Breklenkamp.
Hoe Johan 's-morgens wakker werd door het geknor van het varken dat zijn snuit door de gordijnen van het slaapkamerraam stak. Hoe precies vader Herman zijn 'pruum' in de 'kolnkit' kon mikken en hoe vaardig moeder Sina was bij het 'umdreain' van de 'spekpankookn'. Met 8 kinderen zal zij er veel gebakken hebben.
                                                                                                                               Update 27-06-2018
Deze bijeenkomst is voor latere generaties op video vastgelegd.
 
Aan de koffie op de deel
 
 
 
Klik op de foto om te vergroten